Vakantie Noorwegen 2007

Van Sulesund naar Østby

De buitenkant van het Rozenkerkje in StordalEn een aantal wandschilderingenHet Trollenpark in DombåsNog een enge trolEen rijtuig in het automuseum in LillehammerDeze ziet er al een stuk beter uit
Het schitterende interieur van het kerkjeDe Trollvegen, een meer dan 1000 meter hoge steile rotswandEen trol houdt de wacht bij de ingangEen bosnimf die de geitenhoeders verleidtDeze auto behoeft nog wat restaurantiewerkEen 1-persoons Mustad uit 1935Deze smalle auto is speciaal gemaakt voor de winterse omstandigheden in Noorwegen als de wegen smaller zijn omdat de sneeuwruimer niet zo breed isOns laatste huis staat in Østby, niet ver van de grens met ZwedenZicht vanaf de veranda voor het huis over de tuin
Omdat de trip van Ålvik naar Sulesund zo veel in beslag nam, besloten we om de reis naar ons laatste huisje in Østby, nabij Trysil en de grens met Zweden, in twee etappes te doen en onderweg ergens te overnachten. Van Sulesund naar Østby is namelijk bijna 600 kilometer en dat gaf ons tevens de gelegenheid onderweg ook nog het één en ander te bekijken. De eerste stop was bij het Rozenkerkje in Stordal. Dit kleine, van binnen schitterend beschilderde kerkje is gebouwd in 1789. De kerk is destijds door vrijwilligers gebouwd op de plaats van een vroegere staafkerk. De pilaren in de kerk zijn nog van deze vroegere staafkerk. Het was helaas niet toegestaan om te fotograferen in de kerk, het meisje dat bij de ingang zat zag ons met camera's naar binnen gaan en volgde ons om te zien of we geen foto's gingen maken. In de kerk was ook nog een balkon vanwaar je een mooi zicht had op het interieur. Terwijl Hilleke beneden het meisje onder het balkon allerlei vragen stelde kon Arjan toch wat foto's maken. Zonder flits uiteraard en een digitale camera maakt geen lawaai. Na dit korte bezoek hebben we onze weg vervolgd via Åndalsnes naar Dombås. Onderweg hebben we nog gelunched en na Åndalsnes zijn we gestopt bij de Trollvegen, de steilste en hoogste rotswand van Europa van meer dan 1000 meter hoog. In het verleden zijn er wel mensen met een parachute vanaf gesprongen. Maar na een aantal ongevallen is dat tegenwoordig verboden. Het is jammer dat de zon hier altijd verkeerd staat, het is lastig om er een goede foto van te maken. Vanaf de Trollvegen zijn we in één ruk naar Dombås gereden om bij de Tourist Info te informeren naar het Trollenpark. Dat is eenvoudig, die ligt er pal naast in het centrum van Dombås. Dit Trollenpark is een soort gangenstelsel met levensgrote trollen en diverse verhalen over de trollen. Pas aan het einde zagen we dat het niet was toegestaan om foto's te maken. Maar toen hadden we ze al gemaakt en om ze nou weer te wissen gaat iets te ver. Nadat we nog wat boodschappen hadden gedaan zijn we op zoek gegaan naar een camping met vrije hutten. We hadden snel een camping gevonden langs de weg richting Lillehammer zodat we de volgende dag snel weer verder konden gaan naar Østby. De Ulekleiv camping was een kleine camping met een stuk of 10 hutjes, die niet duur waren. Voor 270 NOK hadden we een 4 persoons hutje.

De volgende dag hebben we na het ontbijt onze weinige spullen gepakt, de hut aangeveegd en toen op weg richting Lillehammer. Toen we opstonden zag het er wel bewolkt uit, maar de zon deed zijn best om er doorheen te breken. Echter toen we eenmaal op weg waren begon het toch weer te regenen. We besloten om in Lillehammer even te stoppen om wat te eten en te drinken. In onze reisgidsen hadden we gelezen dat er ook een automuseum is. Bij de Tourist Info, gevestigd in het station, hebben we e.e.a. nagevraagd. Na wat te hebben gegeten zijn we naar het museum gereden. Het was inmiddels steeds harder gaan regenen, volgens onze Trotter reisgids was het automuseum een goed uitje voor een regenachtige dag, dat komt dan toch weer mooi uit. Het Norsk Kjøretøyhistorisk Museum was snel gevonden, en we hebben er ongeveer een uur rondgelopen in ruim een eeuw Noorse autohistorie. Eens kende Noorwegen ook een auto industrie maar die is gestopt aan het einde van de jaren vijftig van de vorige eeuw. Behalve auto's staan er ook koetsen, sleeën, fietsen en motoren. Ook andere zaken die met auto's te maken hebben zoals bijvoorbeeld een garage zijn er te zien. Toen we het museum weer uit waren hebben we nog wat boodschappen gedaan alvorens we onze weg richting Østby vervolgden. Het was inmiddels nog harder gaan regenen en het rijden was geen pretje. Op de kaart stond dat de E6 een snelweg werd van net voor Lillehammer tot Oslo, maar we zagen niet echt een verschil met de overige wegen in Noorwegen, nog steeds dezelfde 2-baans weg met een maximum van 80 km/u. En omdat het zo druk is op deze weg, lag de snelheid niet veel hoger dan 60 tot 70 en inhalen was ook niet mogelijk omdat het de andere richting op ook erg druk was. In Hamar hebben we de 'snelweg' verlaten, daar hield het overigens ook op met regenen gelukkig. Tot Elverum was het nog vrij druk op de weg, maar vandaar tot Trysil was de weg verlaten en was de toegestane maximum snelheid zelfs 90! Om ongeveer 16:45 waren we bij het huis in Østby waar we de sleutel voor ons volgende huisje moesten ophalen, we hadden via Novasol opgegeven dat we de sleutel bij de eigenaar zouden ophalen. Er was echter niemand thuis en we zijn maar naar het huisje gereden. Bij het huisje was echter ook niemand en na verloop van tijd maar weer terug gereden naar het huis van de eigenaar waar ook nog steeds niemand was alhoewel er wel licht in het huis aan was. Uiteindelijk zijn weer naar het huisje gegaan in de hoop dat we elkaar wellicht net hadden gemist, maar helaas nog steeds niemand te zien. We hebben nog gezocht naar een sleutel en Ciska kwam met het idee kwam om in de brievenbus te kijken. En jawel, daar zat de sleutel in, dat hadden ze dan van Novasol ook wel beter mogen communiceren. Eenmaal in het huisje is het, zoals bij ieder huisje, eerst een ontdekkingstocht wat er allemaal wel en niet is. Het huisje staat verlaten in een bosrijke omgeving, het is ook een stuk groter dan de vorige twee huisjes.
De buitenkant van het Rozenkerkje in Stordal

Trysil en de Snippen Gård

Een zeug met wat biggen in de Snippen GårdEen kalf kijkt ons nieuwsgierig aan
Een paar Schotse hooglanders zijn er ook te vindenEen lama ligt lekker tussen de schapenCiska is voor het eerst van haar leven aan het vissenDe vangst, een 1,8 kg zware regenboogforelGelukkig willen ze de vis voor ons schoonmaken
Zondag hebben we eerst eens lekker uitgeslapen en na het ontbijt hebben we geprobeerd om uit te vinden waarom het water uit de kraan zo verschrikkelijk bruin is. We hadden er ook geen koffie van gemaakt want we weten niet wat er mee aan de hand is. We hebben ook geprobeerd om de eigenaar te bellen, maar dat is niet gelukt. We hebben weinig of geen bereik met onze mobiele telefoons in dit afgelegen gebied. Soms werken ze wel en dan later weer niet. Onze eerste doel deze dag was de Tourist Info in Trysil. Daar stond zowaar een Nederlands meisje achter de balie, dus dat was wel handig. Ze heeft ons het één en ander verteld over wat er allemaal in de omgeving is te doen en te zien. Tevens heeft een Noorse collega van haar de eigenaar van het huis gebeld om te vragen naar de herkomst van het bruine water. Het is niet gevaarlijk, het komt omdat het water uit een beek naast het huis wordt gepompt en na veel regenval wordt het water bruin. We kunnen het wel gewoon gebruiken alhoewel het er niet smakelijk uit ziet en ons werd aangeraden om het water in de koffiezetter te koken en door een koffiefilter te laten lopen om het wat te filteren. Verder hebben we ook bij de Tourist Info voor woensdag avond een eland safari geregeld. Na het bezoek aan de Tourist Info hebben we bij een naburig café koffie gedronken, dat hadden we bij het ontbijt niet gemaakt, en vervolgens zijn we naar een soort kinderboerderij in de buurt van Elverum gereden, de Snippen Gård in Julussdalen. Daar hebben we de rest van de middag doorgebracht met het kijken naar beesten die je in Nederland ook overal kan zien zoals geiten, paarden, koeien, kippen, varkens, enz. Ciska heeft hier voor het eerst van haar leven gevist. Binnen een paar minuten had ze al beet en haalde ze een 1,8 kg zware regenboogforel uit het water. Het bleek dat je de vis dan (dood) mee kreeg naar huis (wel tegen betaling uiteraard). We hebben hem laten schoonmaken en morgen gaat hij op de BBQ. Nadat Ciska nog even in de speeltuin had gespeeld zijn we weer vertrokken en via wat binnendoor weggetjes zijn we terug gereden naar ons huisje in Østby.
Een zeug met wat biggen in de Snippen Gård

Hamar

Eén van de eerste treinen die in Noorwegen reedHet smalspoortreintje in het museumOude krantenkiosk
Een machinist op zijn locomotiefEen oud restauratie rijtuig is nog steeds in gebruik als restaurantDe De Ciska op het lilliput treintjeDe vis die Ciska heeft gevangen ligt op de BBQ
Toen we maandag vroeg opstonden kwam voor de verandering de regen weer eens met bakken uit de hemel, het was tenslotte al weer twee dagen geleden dat we regen hadden gezien. We stonden vroeg op omdat we naar het spoorwegmuseum in Hamar wilden gaan. Daar is ook buiten een aantal dingen te zien dus we hoopten dat het in Hamar wat droger zou zijn. Onderweg bleef het maar plenzen, maar toen we van Elverum naar Hamar reden zagen we in de verte al wel een blauwe lucht. Toen we dichter bij waren vreesden we dat het slechte weer aan de oostkant van het Mjøsa meer zat en het mooie weer aan de westkant. Maar gelukkig toen we in Hamar aankwamen was de regen opgehouden en hadden we verder een dag met stralend zonnig weer. Het museum hadden we snel gevonden, het was er niet druk. We zijn eerst door het hoofdgebouw gewandeld waar een impressie wordt gegeven van de historie van de Noorse spoorwegen. Daarna hebben we buiten een kort ritje gemaakt met een smalspoor stoomtreintje over het uitgestrekte buitenterrein van het museum, het ritje duurt echter maar een paar minuten. Het museum is verder erg leuk opgezet, langs de smalspoorlijn staan diverse gebouwen die vroeger her en der door Noorwegen stonden en die naar dit museum zijn verplaatst. Toen we bij het eindpunt van de korte rit waren aangekomen hebben we eerst wat gedronken bij een oud restauratierijtuig alvorens we één van de locomotiefhallen zijn ingegaan waar onder andere zowel de grootste als de kleinste stoomlocomotief staan die ooit in Noorwegen hebben gereden. Langs de diverse oude gebouwen zijn we vervolgens terug gelopen in de richting van het hoofdgebouw. Na nog een loods met stoomlocomotieven te hebben bekeken heeft Ciska nog een rondje op een lilliputtrein gemaakt waarna we het hoofdgebouw weer zijn ingegaan waar Ciska nog een tijdje met een Fisher Price modelbaan heeft gespeeld. Na dit museum zijn we naar het centrum van Hamar gereden waar we op zoek zijn gegaan naar een boekwinkel. Hilleke wilde een recept voor Ciska's vis voor op de BBQ vanavond. In wat Noorse kookboeken hebben we wat gevonden. Arjan heeft met de digitale camera de recepten gefotografeerd zodat we ze 's avonds nog eens konden nalezen en vervolgens hebben we de boeken weer terug gezet. Na nog wat te hebben gedronken en een ijsje zijn we terug gereden richting Østby. In Elverum zijn we naar de supermarkt gegaan voor inkopen voor de komende dagen. Eénmaal thuis hebben we de vis gemarineerd en die hebben we daarna op de BBQ gelegd. Het duurde even voor hij goed gaar was, maar we hebben er heerlijk van gegeten. We waren blij dat Ciska maar een kleintje van 1,8 kg had gevangen. Er waren ook mensen die een vis van meer dan 4 kg boven water haalden. Geen idee wat wij met zo'n grote vis hadden gemoeten. Dan kun je de hele week vis eten.
Eén van de eerste treinen die in Noorwegen reed

Het mijnstadje Røros

Willekeurig straatbeeld in RørosObsceen kunstwerk in de tuin van een galerieDe oude smelterij is nu een museumZicht op Røros vanaf de heuvels met afval slakkenNog een straatje met wat oude houten huisjes
Reclamebord bij de masseurDe Bergstadens Zür kerk van het stadjeEén van de schitterende maquettes in het museumEen paar van de oude mijnwerkershuizenIn de oude OlavsgruvaAlles staat er nog zoals het de laatste werkdag is achtergelatenGeoxideerd koper in mijn
De volgende dag zijn we opnieuw vroeg opgestaan omdat we een bezoek wilden brengen aan het mijnstadje Røros, op zo'n 2,5 uur rijden vanaf Østby. Tegen negen uur vertrokken we en na een mooie rit door het Noorse landschap waren we rond kwart over elf in Røros. Het was gelukkig mooi weer met wel zo hier en daar donkere wolken, maar de regen is weggebleven. Het was niet erg warm, slechts zo'n 14 graden maar we waren al lang blij dat het droog was. Als eerste zijn we bij de Tourist Info langs gegaan voor wat info en een wandelroute door het oude mijnstadje. Røros met zijn oude houten huisjes staat op de Wereld Erfgoed Lijst en is in al die jaren nooit door brand getroffen waardoor vele huizen uit de beginperiode er nog steeds staan. De toren van de uit 1780 stammende Bergstadens Zür kerk is door de hele stad heen te zien en fungeert als markant punt van deze plaats. De hoofdstraat van het plaatsje is gevuld met souvenirwinkeltjes en diverse kleine ambachtswerkplaatsjes. Vanaf 1644 was Røros voor meer dan 300 jaar het centrum van een gebied met veel kopermijnen. De laatste mijn werd in 1977, na 333 jaar mijnhistorie, gesloten. In al die jaren speelde de mijnindustrie een belangrijke rol in de economische en sociale ontwikkeling van Røros en omstreken. In het oude deel van stad, ook wel bekend onder de naam 'Bergstaden' vindt je nog veel karakteristieke oude huizen uit de 18e en 19e eeuw. In de vroegere smelterij (Smeltehytte) bevindt zich nu het Røros museum. Deze smelterij is in de loop der eeuwen diverse malen afgebrand en steeds weer opgebouwd. In het museum vindt je aantal schitterend gemaakte, werkende maquettes van diverse gebouwen en installaties die voor het winnen van het kopererts werden gebruikt. Vroeger werd vaak waterkracht gebruikt voor het aandrijven van de machines en zelfs dat is in de maquettes terug te zien. Ze zijn voorzien van kleine waterraderen die ook echt door water worden aangedreven. Naast de smelterij liggen enorme bergen met het slakken afval van de smelterij, deze kun je ook beklimmen en van bovenaf heb je een mooi uitzicht over het stadje. Ook deze slakken afvalberg is onderdeel van het cultureel erfgoed en het is dus niet toegestaan om wat slakken als souvenir mee te nemen. Vervolgens zijn we naar de Olavsgruva gereden. Dit is één van de mijnen waar vroeger het kopererts naar boven werd gehaald. Deze mijn is 2 maal gebruikt. De laatste maal was van 1932 tot 1972 en deze ligt onder de oude mijn. Deze mijn kun je ook in en je gaat in de nieuwe mijn tot zo'n 50 meter diepte onder de grond. In de mijn is het overigens behoorlijk koud, slechts zo'n 5 graden dus hou er rekening mee dat je warme kleding meeneemt. Je loopt door de diverse gangen en ziet de mijn zoals hij er uit zag toen hij voor het laatste maal werd verlaten. De rondleiding door de mijn eindigde in de Bergmannshallen. Een grote zaal diep onder de grond die ook wel gebruikt wordt voor het geven van concerten en theatervoorstellingen. Weer eenmaal terug boven de grond was het inmiddels ongeveer 5 uur en tijd om terug te gaan naar Østby. Onderweg hebben we in een restaurantje aan de oevers van het Femunden meer wat gegeten en Ciska heeft daarna nog even gespeeld in de speeltuin van de naastgelegen camping. Na nog wat over de camping te hebben gelopen hebben we onze weg vervolgd en om ongeveer half tien waren we weer terug in ons huis.
Willekeurig straatbeeld in Røros