Vakantie Noorwegen 2007

Heenreis

De MS Peter Wessel in de haven van HirtshalsClowns verzorgen een optreden aan boord voor de kinderenDe staafkerk van HeddalHet altaar in de kerk in HeddalHoutsnijwerk bij de ingang van de kerkOnze cabin op de camping in Rjukan
Op maandag 23 juli zijn we vroeg opgestaan, we hadden tenslotte een autorit van meer dan 1000 km voor de boeg naar Rubjerg in het noorden van Denemarken. Via Utrecht en Apeldoorn naar Duitsland gereden waar we na 3 uur rijden ergens tussen Osnabrück en Bremen zijn gestopt op een parkeerplaats om te ontbijten. Vervolgens kwamen we tussen Bremen en Hamburg in een file terecht, dat heeft ons ongeveer een uur gekost. Bij een restaurantje zijn we gestopt om wat te drinken in de hoop dat de file zou oplossen in de tussentijd, helaas niet. Toen we de file uit waren konden we weer stevig doorrijden tot de Duits-Deense grens. Net na de grens zijn we op een parkeerplaats gestopt om te lunchen. Uiteindelijk waren we rond half zes bij het B&B in Rubjerg waar we hartelijk werden ontvangen door de gastvrouw die ons vervolgens onze kamer wees. Het grote B&B zat verder helemaal vol met Zweden die hier met hun kinderen waren voor een internationaal jeugdvoetbal toernooi. Nadat we ons in onze kamer hadden geïnstalleerd hebben we geïnformeerd waar we konden eten. Op aanraden van onze gastvrouw zijn we naar Lønstrup gereden, een paar kilometer van Rubjerg. Daar hebben we gezocht naar restaurant dat creditcards accepteerde, dat hebben we helaas niet kunnen vinden, dus van nood moesten we nog Deense kronen trekken bij een bank. Na het eten terug naar het B&B waar we de rest van de avond nog gezellig met de Zweden buiten hebben doorgebracht.

De volgende morgen zijn we na het ontbijt vertrokken en even na acht uur waren we bij de ferry terminal in Hirtshals. Daar hadden we bij het inchecken nog een meevaller, het bleek dat we teveel voor onze tickets hadden betaald, we kregen nog bijna 100 euro terug. Weliswaar in Deense kronen, maar die raken we op de boot wel kwijt, tezamen met die we gisteren in Lønstrup overhadden na het eten. Om 8:45 konden we aan boord rijden van de ColorLine MS Peter Wessel en vervolgens hebben we het schip verkend voor we naar het restaurant gingen om koffie te drinken. Even na half tien vertrokken we voor de ruim vijf uur durende overtocht naar Larvik in Noorwegen. Tijdens de overtocht was er voor de kinderen oa een voorstelling met een aantal clowns. Om 14:45 kwamen we aan in Larvik, het ontschepen duurde echter erg lang en ook voordat we goed en wel op weg waren naar onze eerste camping waren we bijna een uur verder. Onderweg naar de camping zijn we gestopt bij de staafkerk in Heddal, de grootste staafkerk van Noorwegen. We hadden echter het idee dat hij veel groter zou zijn. De plaatjes die we hadden gezien gaven ons de indruk dat het een behoorlijk grote kerk moest zijn, maar dat was het echter niet. Toen we de kerk uit wilden gaan begon het opeens hard te regenen. De eerste echte bui deze vakantie, en zeker niet de laatste. De bui duurde echter maar kort en na nog een kop koffie in het restaurant bij de kerk hebben we het laatste stuk naar de camping afgelegd, de Rjukan Hytte- og Caravanpark camping in Rjukan. Daar waren we even na zeven uur, we kregen een leuk klein hutje, van alles voorzien, behalve een eigen toilet en stromend water.
De MS Peter Wessel in de haven van Hirtshals

Omgeving van Rjukan

Het station van de KrossobanenWandelen door het ruige landschap aan de rand van de HardangerviddaZo hier en daar lagen zelfs nog wat plukjes sneeuwCiska probeert een rots weg te duwenHet Industriemuseum in VemorkEen deel van de oude generatoren in het museumOude legermotor in het museum
Woensdag de 25e konden we eindelijk eens uitslapen. Gisteren hadden we bij de receptie een brood besteld die we deze ochtend hebben opgehaald. Na het ontbijt zijn we in de auto gestapt om de directe omgeving van onze camping en Rjukan te ontdekken. Het weer zag er stralend uit, blauwe lucht, witte wolkjes en een warm zonnetje. Vanuit ons hutje hadden we mooi zicht op de Gaustatoppen, met z'n 1883 meter de hoogste berg van de provincie Telemark. Op de top lagen nog wat plukjes sneeuw. Vanaf de camping zijn we naar Rjukan gereden waar we eerst bij de Tourist Info zijn langs gegaan alvorens we naar de Krossobanen zijn gegaan. Dit is een kabelbaan naar de Pyggnatten, aan de rand van de Hardangervidda. De kabelbaan brengt je in ruim 4 minuten van zo'n 400 meter naar ongeveer 890 meter hoogte. Eenmaal boven zijn we eerst wat gaan eten en drinken in het restaurantje en vervolgens hebben

Sabotage in Vemork

Eén van de belangrijkste sabotage acties tijdens de Tweede Wereldoorlog vond plaats bij deze waterkrachtcentrale in Vemork. Er werd toen voorkomen dat de Duitsers een atoombom konden ontwikkelen met het zware water dat in deze waterkrachtcentrale werd geproduceerd. In de waterkracht centrale werd naast elektriciteit namelijk ook zwaar water geproduceerd en de Duitsers hadden dat nodig voor het maken van een atoombom. Als eerste werd een bom geplaatst waardoor de productie van zwaar water werd gestopt, dit was op 27 februari 1943, maar na vier maanden was de installatie weer gerepareerd zodat de Duisters door konden met de productie. Vervolgens is de fabriek door de Amerikanen op 16 november 1943 gebombardeerd. Naast dat de centrale en de fabriek zwaar werden beschadigd lieten ook 20 Noren het leven bij die aanval. In de kelder lag echter nog een grote voorraad zwaar water wat door de Duisters per trein en boot naar Duitsland werd getransporteerd. Echter werd de boot met daarop de trein met de vaten zwaar water door het verzet middels een bom op 20 februari 1944 tot zinken gebracht in het Tinnsjø meer, niet ver van Rjukan.
we een schitterende wandeling van een paar uur gemaakt. De rust en stilte zijn hier overweldigend, zo af en toe kom je eens wat andere wandelaars of fietsers tegen. Bovenop een bergtop hebben we genoten van het weidse uitzicht. Eenmaal weer terug bij het restaurant hebben we nog wat gedronken en gegeten en vervolgens weer met de kabelbaan naar beneden. Daar zijn we met de auto een stukje verder gereden naar het Industriemuseum in Vemork. In Vemork vond één van de belangrijkste sabotage acties tijdens de Tweede Wereldoorlog plaats, zie het kader hiernaast. Het museum was vroeger een waterkrachtcentrale en na de bouw in 1911 was het de grootste ter wereld. In het museum kun je door de enorme hal met de immense generatoren lopen. Verder zijn er diverse tentoonstellingen over de industrieën in deze streek en in de filmzaal hebben we een boeiende film gezien over de sabotage actie zoals die destijds door heldhaftige Noren is gepleegd. Na het bezoek aan dit boeiende museum zijn we weer terug gereden naar de camping.
Het station van de Krossobanen

Telemark kanaal

De MS Telemarken waarmee we over het gelijknamige kanaal hebben gevarenZicht van bovenaf over de Vrangfoss sluizenMet geweld spuit het water door de gesloten sluisdeurenNogmaals zicht op de Vrangfoss sluizenOns eerste wild, oog in oog met een eland
De volgende dag was het plan om met een boot een stukje over het Telemark kanaal te gaan varen. We zijn naar het Nørsjo hotel in Akkerhaugen gereden waar we de reis hebben geboekt. De trip bestond uit een busreis van het hotel naar Lunde en vandaar met een boot over het Telemark kanaal terug naar Akkerhaugen. Om 12:26 vertrok de bus naar Lunde. In Lunde zijn we aan boord van de MS Telemarken gestapt en in drie uur tijd terug naar Akkerhaugen gevaren. Op het moment dat we vertrokken begon het te regenen en dat heeft het de hele tocht af en aan gedaan. De boeiendste stukken van de tocht zijn de passages van de diverse sluizen en dan zeker de Vrangfoss sluis met zijn vijf kamers. In totaal daal je in deze sluis van 59 naar 36 meter. Na het sluizencomplex van Vrangfoss komen er nog twee, bij Eidsfoss en Ulefoss. Het Telemark kanaal werd in 1892 in gebruik genomen. Destijds werd het kanaal de meest spectaculaire waterweg van Europa genoemd. Er was door 500 man zo'n 5 jaar dag en nacht aan de aanleg van het 105 km lange kanaal gewerkt. Het kanaal gaat van Skien naar en Dalen en in totaal zijn er 8 sluizen met 18 sluiskamers waarbij een totale hoogte van 72 meter wordt overbrugd. Eénmaal terug in Akkerhaugen wilden we nog wat foto's van de sluis in Vrangfoss maken. Het weer was inmiddels beter geworden, de regen was opgehouden en de zon begon zich ook weer te vertonen. Met de auto was het maar een kort ritje. Vanaf de sluis nog een rondrit door de omgeving gemaakt via oa Lunde en Seljord. Op de weg tussen Lunde en Seljord zagen we ons eerste wild deze vakantie, een enorme eland stond voor ons op de weg. Voor we er een foto van konden maken was hij verdwenen, maar we zagen hem vervolgens op een open plek tussen de bomen staan. Een foto kon nog net gemaakt worden voor hij verder het bos in rende.
De MS Telemarken waarmee we over het gelijknamige kanaal hebben gevaren

Rauland en omgeving

De tamme rendieren in Vierli krijgen rendiermos gevoerdOok de andere beesten krijgen te etenOverzichtfoto over een deel van het Telemarkstunet in RaulandBij de bakkerij in het Telemarkstunet lagen overheerlijke verse broodjesMet donderend geweld stort het water van de Rjukan waterval naar beneden
De laatste dag in ons hutje in Rjukan. Het weer was opnieuw weinig bemoedigend, het zag er regenachtig uit. We wilden het deze dag niet te laat maken zodat we 's avonds al vast de spullen kunnen opruimen en inpakken. Als eerste zijn we naar Vierli gereden, daar zou een soort kinderboerderij zijn met rendieren die om 12 uur worden gevoerd wat dan door kinderen mag worden gedaan. Rond half twaalf waren we bij het Vierli Tourist Centre en hebben we eerst wat gedronken en 'genoten' van de regen die met bakken naar beneden kwam. Tegen 12 uur zijn we naar de kudde van wel 3 tamme rendieren gelopen, gelukkig regende het op dat moment niet zo hard meer, het miezerde nog een beetje. Even later kwam er inderdaad iemand aan met een zak en emmer voer. Ciska en nog een ander kind mochten de rendieren wat rendiermos en ander voer geven. Gulzig schrokten de beesten het eten naar binnen. Behalve rendieren waren er nog andere beesten zoals ganzen, konijnen, geiten en een varken. Ook die mochten door de kinderen worden gevoerd. Inmiddels wat het ook weer begonnen met regenen. Vanaf Vierli zijn we naar de Tourist Info van Rauland gegaan voor wat info over de omgeving. Vandaar zijn we naar een soort openluchtmuseum gereden, het Telemarkstunet bij de Raulandsakademiet met wat nagebouwde authentieke huizen uit deze streek met kunstnijverheid en waarin een aantal spullen werden verkocht. Ook worden er soms concerten gegeven. We hebben er even rond gekeken, weinig bijzonders overigens er zijn mooiere openluchtmusea in Noorwegen. Bij de bakkerij hebben we een paar heerlijke verse broodjes gekocht die we onder het genot van koffie in het cafeetje hebben opgegeten. Vandaar hebben we nog een rondje om het Totak meer gereden en vervolgens weer terug naar de camping. Net voor Rjukan zijn we nog gestopt bij de waterval van Rjukan om deze te bekijken, alsof we nog niet genoeg water hadden zien vallen die dag.
De tamme rendieren in Vierli krijgen rendiermos gevoerd

Van Rjukan naar Ålvik

Slecht weer en veel sneeuw tijdens de reis naar ÅlvikDe Låtafossen langs de weg tussen Håra en OddaOns leuke huisje in Ytre Ålvik direct aan de HardangerfjordSchitterend zicht over de Hardangerfjord vanaf de veranda van het huisjeZondag avond klaarde het op en zagen we Øystese aan de fjord liggen
Op zaterdag 28 juli zijn we van Rjukan naar ons eerste echte huisje in Ålvik gegaan. Ålvik is een klein plaatsje aan de Hardangerfjord. We zijn vroeg opgestaan om de auto in te pakken en het hutje schoon te maken. Even na 10 uur zijn we vertrokken. Het weer zag er in eerste instantie nog wel redelijk uit, maar al snel begonnen de eerste regeldruppels te vallen. Eigenlijk heeft het bijna de hele rit geregend, de ene keer meer dan de andere keer. Het eerste deel van de route hadden we eerder ook gereden via Rauland en Edland. Daarna verder naar het westen via de E134 naar Håra. Wat ons opviel was nog steeds de grote hoeveelheden sneeuw op de bergen. De Haukeli tunnel was afgesloten en we moesten over de vroegere bergpas. Dit is een smalle weg waar maar in één richting tegelijk verkeer overheen kan. We moesten een tijd wachten voor al het verkeer uit de andere richting voorbij was voor wij in een lange file verder konden rijden. Over de pas reden we vlak langs de sneeuw die op sommige plaatsen nog wel zo'n 2 meter dik was. De buitentemperatuur was dan ook slechts 5 graden op een hoogte van net boven de 1000 meter. Eénmaal terug op de gewone weg kwamen we nog door een kurkentrekker-vormige tunnel waarbij we in een spiraal omhoog reden. Bij Håra hebben we wat gelunched en daarna via de indrukwekkende Låtafossen waterval naar Odda en Utne langs de Sørfjord. Dat deel van de reis was het overigens droog en liet de zon zich zowaar nog een paar keer zien. In Utne moesten we een tijd wachten op de ferry die ons over de Hardangerfjord zou varen naar Kvanndal. Vandaar was het nog maar een klein stukje rijden naar Ytre Ålvik waar ons huisje stond. We hadden het snel gevonden. Een leuk klein huisje direct aan de oever van de Hardangerfjord. De sleutel zat al in de voordeur dus we konden direct naar binnen.

De volgende dag was het wederom erg slecht weer, de hele dag heeft het geregend en we hadden weinig zin om ergens heen te gaan, we zijn dus de hele dag in het huisje gebleven. We hebben wat gelezen en spelletjes gedaan. Aan het eind van de middag en 's avonds begon het weer wat op te klaren en liet de zon zich zo af en toe zelfs zien. Omdat we verder ook geen eten in huis hadden zijn we 's avonds naar Øystese, niet ver van Ålvik, gereden om daar te gaan eten in het Hardangerfjord Hotel.
Slecht weer en veel sneeuw tijdens de reis naar Ålvik

Voss

Een paar van de gebouwen in het Voss FolkemuseumOude keuken met ketels in één van de boerderijenDe oude Vangskyrkja kerk in Voss uit de 13e eeuwMooi houtsnijwerk in het interieur van het kerkjeDe indrukwekkende Steinsdal watervalBlik op de Steinsdal waterval vanachter het vallende water
Ook maandag zag het weer er opnieuw niet al te best uit toen we opstonden. We wilden de Flåmsbana gaan doen. Een mooie, 20 km lange treinrit van Flåm naar Myrdal waarbij de trein zo'n 866 meter stijgt. Maar onderweg richting Flåm zagen we dat de toppen van de bergen in de wolken zaten en we hadden het gevoel dat daardoor de treinrit eigenlijk niet de moeite waard zou zijn. We besloten daarom maar naar de plaats Voss te gaan waar we toch langs kwamen op de route naar Flåm. Eénmaal in Voss aangekomen zijn we eerst naar de Tourist Info gegaan om wat info over de plaats en omgeving op te halen. Vanaf de Tourist Info zijn we als eerste naar het openluchtmuseum van de stad gereden, het Voss Folkemuseum. In dit openluchtmuseum in Mølster zijn twee boerderijen uit de 16e eeuw te zien. In eerste instantie was het oorspronkelijk één boerderij met in totaal 16 gebouwen. Later is die boerderij gesplitst in twee afzonderlijke boerderijen. Ze zijn tot 1917 respectievelijk 1927 bewoond geweest en daarna zijn ze beide onderdeel van het museum geworden. De 16 gebouwen staan ook nu nog steeds op hun oorspronkelijke plaats zodat je een goed beeld krijgt van de opbouw van een boerenbedrijf uit de 16e eeuw. Het museum geeft een goede impressie van het harde boerenleven in de bergen in Noorwegen door de eeuwen heen. Verder staan de gebouwen nog veel met huisraad en gebruiksvoorwerpen uit de afgelopen eeuwen zodat je ook goed de ontwikkeling van het boerenleven door de eeuwen heen kan volgen. In het hoofdgebouw hebben we eerst een tentoonstelling over het leven van de mensen in vroeger tijden in Voss en omgeving bekeken alvorens we buiten een privé rondleiding door de gebouwen van de twee boerderijen kregen. We zijn ruim twee uur in het museum geweest voor we terug zijn gereden naar het centrum van Voss alwaar we toen de oude Vangskyrkja kerk hebben bekeken. Deze oude kerk is gebouwd tussen 1271-1277 en wordt nog steeds als zodanig gebruikt. In de kerk zijn een aantal schilderingen te zien van een schilder die de schilderkunst niet echt machtig was, het lijken meer kindertekeningen. Wat verder wel leuk is in deze kerk zijn de schilderingen van engeltjes op het plafond. Nadat we na het bezoek aan de kerk de naastgelegen souvenirwinkel hadden bezocht zijn we door de winkelstraat van Voss gelopen en hebben we op een terrasje hebben wat gegeten en gedronken. Verder is Voss overigens ook niet zo heel erg boeiende plaats. Via de wegen E16 en R7 zijn we vervolgens terug gereden naar Ålvik. Op deze wegen ga je door tientallen tunnels variërend in lengte van zo'n 100 meter tot zelfs een aantal kilometers lang. Ook hebben we onderweg nog een stop gemaakt bij de Steinsdal waterval. Een indrukwekkende en ook wel een bijzondere waterval omdat je achter het vallende water langs kan lopen.
Een paar van de gebouwen in het Voss Folkemuseum

Flåmsbana

Oude locomotief van de Flåmsbana in het kleine museum op het station van FlåmOude houten railbrommer in het museum van de FlåmsbanaDe trein loopt binnen in het station van FlåmErgens onderweg langs de spoorlijnDe machtige Kjosfossen waterval waar de trein een paar minuten stoptEén van de zingende nimfen bij de Kjosfossen watervalBlik op het station en de omgeving in Myrdal
Oh wonder, het is mogelijk in dit land, een dag zonder regen! De eerste sinds bijna een week. Maar dat wisten we uiteraard nog niet toen we de volgende dag opstonden. We zagen toen alleen dat het al een tijd niet geregend had omdat de veranda voor ons huis al bijna helemaal droog was. Zo hadden we die nog niet gezien. We besloten om het deze dag nog een keer te proberen om een rit met de Flåmsbana te maken. Om half 10 vertrokken we uit Ålvik en 2 uur later waren we op het station van Flåm. Er stond een hele lange rij voor de balie en we moesten een tijd wachten voor we kaartjes konden kopen. Toen we eindelijk aan de beurt waren bleek dat de eerste trein waar we nog in mee konden die van 14:50 was en terug die van 17:15. Ondanks dat we dan nog lang moesten wachten hebben we het toch maar gedaan. Wil je nog een beetje op tijd kunnen vertrekken moet je dus eigenlijk vroeg op het station komen. De tijd hebben we doorgebracht met eten, internetten, door de vele winkeltjes lopen en het leuke kleine museum van de Flåmsbana bekijken. Om 14:30 kwam de trein het station in en gingen we in de rij staan, even later konden we instappen en precies op tijd vertrok de trein voor de korte, 20 km, rit naar het 866 meter hoger gelegen Myrdal. De trein gaat tijdens deze rit door 20 tunnels met een totale lengte van 6 km. Onderweg zijn nog een aantal stations waar wordt gestopt en ook maakt de trein nog een 5 minuten durende fotostop bij de Kjosfossen waterval. Tijdens deze stop verschijnen er in de waterval ook twee op muziek dansende nimfen. Na ongeveer een uur kwamen we aan op het station van Myrdal. Hier stoppen ook de treinen richting Bergen en Oslo. De aanleg van de spoorlijn destijds was een uitdaging voor de ingenieurs. De bouw van de 20 kilometer lange spoorlijn begon in 1923 met het maken van de vele tunnels. Zoals hiervoor al vermeld zijn er 20 tunnels met een totale lengte van 6 km. Van deze 20 zijn er 18 met de hand gegraven en dat kostte ongeveer een maand voor een meter tunnel! Zodoende is men pas in 1936 begonnen met het aanleggen van de rails en weer 4 jaar later reden de eerste stoomtreinen over het baanvak. In 1944 konden ook elektrische treinen over het spoor rijden.

Omdat onze trein terug pas om 17:15 ging hadden we ruim een uur op een plek waar verder weinig te beleven valt, maar je kan er wel leuk door de mooie omgeving wandelen. We hebben wat gedronken en in het winkeltje gekeken en een wandeling in de buurt van het station gemaakt. Even na vijf uur kwam de trein het station binnen en zijn we ingestapt. Er zaten veel Japanners en Chinezen in de trein die direct met dezelfde trein weer terug gingen naar Flåm. We konden dus niet zo snel een vrij plaatsje vinden in de trein waar we met z'n drie-en konden zitten. Na een paar wagons te zijn doorgelopen hadden we eindelijk wat gevonden. De terugreis is verder hetzelfde als de heenreis en voegt dus eigenlijk weinig toe. Wat ook een mogelijkheid is, is om in Flåm fietsen te huren en die mee te nemen in de trein naar boven en dan vanaf Myrdal terug te fietsen naar Flåm. Om 18.15 kwam de trein weer aan in Flåm en zijn we vervolgens terug gereden naar Ålvik waar we vrij laat weer aankwamen.
Oude locomotief van de Flåmsbana in het kleine museum op het station van Flåm

Eidfjord en Hardangervidda

Het Hardangervidda bezoekerscentrum in Øvre EidfjordGeiten eten van het gras dat op het dag van het bezoekerscentrum groeitOpgezet rendier in het bezoekerscentrumEn een sneeuwwitte poolvos ligt vredig te slapen in het bezoekerscentrumDe 182 meter hoge Vøringsfossen waterval
Woensdag 1 augustus, Arjans 43e verjaardag. Na de cadeautjes en de felicitaties zijn we opgestaan om te constateren dat het weer nog niet vergeten was dat het gisteren droog was. De regen die gisteren niet was gevallen viel nu naar beneden, samen met de regen voor deze dag. Het zag er dus niet aanlokkelijk uit om naar buiten te gaan. Rond een uur of tien zijn we toch vertrokken naar Eidfjord, een uurtje rijden vanaf Ålvik. Daar had het niet geregend, de straten waren nog droog. In Eidfjord zijn we eerst naar de Tourist Info gegaan en vervolgens zijn we doorgereden naar het Hardangervidda bezoekerscentrum in Øvre Eidfjord. Een interessant centrum waar veel info wordt gegeven over het ontstaan van de Hardangervidda en de flora en fauna in dit grootste Nationale Park van Noorwegen en het grootste berg plateau in Noord-Europa op een hoogte van 1100 tot 1400 meter. Op de Hardangervidda bevindt zich ook de grootste wilde rendierpopulatie van Europa met zo'n 17000 dieren. In het bezoekerscentrum hebben we ook nog een schitterende panoramafilm gezien van de Hardangervidda waarbij je in vogelvlucht over het park vliegt. In het restaurant tegenover het centrum hebben we nog gegeten, een overheerlijke eland biefstuk, ter ere van Arjans verjaardag. Vanaf het centrum zijn we nog een stuk doorgereden om de Vøringsfossen te bekijken. Deze waterval heeft een totale hoogte van 182 meter met een vrije val van 145 meter en is de meest bezochte natuurlijke attractie van Noorwegen. We wilden de waterval ook nog vanaf het Fossli Hotel bekijken, maar inmiddels waren de wolken zover gezakt dat het mistig was geworden en was het ook weer gaan regenen. Daarnaast moesten we ook nog 30 NOK betalen om bij het hotel te kunnen parkeren, dus dat hebben we niet meer gedaan en we zijn terug gereden naar huis. Onderweg heeft het de hele tijd geregend en ook de rest van de dag. Het lijkt overigens wel of het in Ålvik meer regent dan in de rest van het land.
Het Hardangervidda bezoekerscentrum in Øvre Eidfjord

Gardnos meteorietkrater

Onderweg naar Gardnos reden we door het woeste landschap van de HardangerviddaCiska speelt nog even in een laag sneeuw op de HardangerviddaDe Gardnos krater waar 650 miljoen jaar geleden een meteoriet is ingeslagenTijdens de inslag werd het unieke Gardnos breccia gevormdWandeling door het gebied rond de kraterDe Dokkelvi rivier die door het gebied stroomtCiska en Hilleke slijpen de gevonden stukjes meteoriet
Donderdag zijn we vroeg opgestaan, we wilden deze dag de meteorietkrater in Gardnos bezoeken, ruim 200 km van Ålvik. Dit speciaal voor Ciska voor haar stenen verzamel hobby. Om 8.10 zijn we vertrokken, het was zowaar droog en we zagen stukken blauwe lucht en de zon deed haar best de laaghangende bewolking op te lossen. Bij de ferry van Bruravik naar Brimnes moesten we behoorlijk lang wachten voor we aan boord mochten. Eénmaal aan boord en onderweg naar Brimnes begon de lucht te betrekken en begon het alsnog te regenen. Echter, eenmaal aan de overkant stopte het met regenen en begon de lucht op te klaren. Het eerste deel van de route was hetzelfde als gisteren, vanaf de Vøringsfossen gingen we de Hardangervidda over, we stegen tot een hoogte van 1100-1250 meter, ver boven de boomgrens en we keken uit over de ruige vlakte van de Hardangervidda. Het was erg rustig op de weg dus we konden behoorlijk doorrijden. Onderweg zijn we nog gestopt bij een grote plak sneeuw langs de weg. Hebben we midden in de zomer nog even in de sneeuw gelopen! Daarna snel door en even na 12 uur waren we bij de ingang van de meteorietkrater. Daar stond een man die direct van alles over de krater begon te vertellen. Zelfs in het Nederlands, hij sprak meerdere talen, dus dat was voor Ciska wel handig. En ook voor ons dan hoefden we niet te tolken. Vanaf de ingang zijn we doorgereden naar het informatiecentrum. Daar hebben we eerst wat gegeten en gedronken. Om 1 uur vertrok er een rondleiding door het park, wij hadden als gids dezelfde man als we bij de ingang hadden getroffen. Dat was voor Ciska en de twee andere Nederlandse kinderen wel handig dat hij zijn verhaal behalve in het Noors en Duits ook in het Nederlands deed. Hij vertelde onder andere dat hier zo'n 650 miljoen jaar geleden een 250 meter grote steenmeteoriet is neergekomen met een snelheid van 20 km/sec. Hierdoor ontstond een krater van 5 km in doorsnede. Door de drukgolven die de aarde ingingen werd de harde rotsgrond in kleine stukken gebroken Nog steeds kun je deze stukken zien die tussen zwart stof van de krater zijn geperst en nu een unieke steensoort vormen, Gardnos breccia geheten. Tijdens de rondleiding en daarna heeft Ciska wat stukken steen van de meteoriet meegenomen. Na de drie kwartier durende rondleiding hebben we nog een 2 km lange uitgezette wandeling gedaan door dit unieke gebied waar nog restanten van de laatste ijstijd te zien zijn. De krater is zo goed bewaard gebleven omdat tijdens deze ijstijd de laag ijs de grond heeft afgeschuurd waardoor de bodem van de krater zichtbaar is. Eénmaal terug bij het infocentrum hebben we nog een ijsje gegeten, het was deze dag erg mooi en zonnig weer en in de zon zelfs warm! Bij de uitgang kon Ciska nog een paar van haar gevonden stukken meteoriet slijpen. Toen dat klaar was zijn we weer terug gereden naar Ålvik. Onderweg wilden we in Gol nog de staafkerk bekijken, maar de entree vonden we te duur, zelfs als je alleen de buitenkant wilde bekijken moesten we voor ons 3-en 180 NOK (25 euro!) betalen, dat vonden we iets te veel en we zijn doorgereden. Eenmaal over de Hardangervidda zijn we gestopt bij de parkeerplaats van de Vøringsfossen. Daar hadden we gisteren een souvenirwinkeltje gezien die ook allemaal stenen verkocht. Ciska er nog een aantal stenen voor haar verzameling gekocht. Toen we in Brimnes op de ferry naar Bruravik stonden te wachten begon het weer te regenen. Zo ongeveer op dezelfde plaats als waar het 's ochtends was gestopt met regenen. Zou het hier de hele dag geregend hebben?
Onderweg naar Gardnos reden we door het woeste landschap van de Hardangervidda

Bergen

Grote garnalen op de vismarkt in BergenOude houten pakhuizen in de wijk Bryggen in BergenSmal straatje tussen de oude houten gebouwen in BryggenDe Rosenkrantz toren in BergenEen deel van het overzicht over de haven en omgeving van Bergen vanaf de top van de Fløyen bergDe kathedraal van Bergen
De laatste dag in Ålvik hebben we naar de stad Bergen bezocht. Onderweg daarheen zo af en toe regen, maar toen we eenmaal in Bergen waren was het droog en schitterend weer. In de zon was het zelfs behoorlijk warm, in de schaduw daarentegen was het toch wat fris. De auto hebben we in een parkeergarage gezet en daarna zijn we naar de Tourist Info gelopen om wat informatie over de stad op te halen. Vanaf de Tourist Info zijn we de straat overgestoken om over de vismarkt aan de haven te lopen. Daarna naar Bryggen gelopen, het oude deel van Bergen met nog een aantal gebouwen uit de middeleeuwen. Hier krijg je een indruk van hoe Bergen er in die tijd moet hebben uitgezien. Deze oude houten pakhuizen vormden tot 1754 het hart van de Hanzehandel in Noorwegen. Dit gedeelte van de stad was al een handelscentrum voor vis en visproducten lang voordat er de Duitse kooplieden kwamen. De houten gebouwen zijn in de loop der eeuwen diverse malen door brand verwoest. In 1955 was de laatste brand en toen zijn slechts 10 van de historische panden gespaard. Na een rondwandeling door Bryggen zijn we naar de Rosenkrantz toren gelopen. We wilden daar de toren beklimmen maar daar moesten we zolang wachten dat we dat maar gelaten hebben. De rest van de vesting is gratis te bekijken en vanaf de muren heb je een mooi uitzicht over een gedeelte van de haven van Bergen. Onze volgende bestemming in Bergen was de Fløi Banen, met deze in 1928 aangelegde kabelspoorbaan zijn we naar de top van de 320 meter hoge Fløyen berg gegaan. Van bovenaf wordt een schitterend uitzicht over de stad en verre omgeving geboden. Na wat te hebben gedronken zijn we weer naar beneden gegaan en hebben we de kathedraal bezocht. Niet veel bijzonders, alleen een paar van de gebrandschilderde ramen zijn wel mooi. Onze volgende expeditie was het vinden van het kantoor om het tolgeld voor Bergen te betalen. Bij het binnenrijden is het kenteken van de gefotografeerd en nu moeten we nog ergens betalen. Het kostte wat moeite om het kantoor te vinden, maar uiteindelijk hebben we het bij een benzinestation gevonden. We moesten 15 NOK betalen. Vanaf het benzinestation terug naar het centrum gelopen en onderweg in het park even van het mooie weer genoten alvorens we weer naar de vismarkt zijn gegaan om wat vis te kopen. Nadat we nog een internetcafé hadden bezocht hebben we op een terras wat gegeten alvorens we weer terug naar huis zijn gereden. In Ålvik was het voor de verandering ook eens droog en we hadden een schitterend zicht vanuit ons huisje over de Hardangerfjord.
Grote garnalen op de vismarkt in Bergen

Van Ålvik naar Sulesund

Ons tweede huisje in Sulesund aan de SulafjordWe hadden een fantastisch uitzicht over de Sulafjord en de bergen aan de overzijdeVele malen per dag kwam de pont van Sulesund naar Hareid langs
Op zaterdag 4 augustus zijn we vroeg opgestaan om alles in te pakken en het huisje schoon te maken want we hadden een lange reis naar ons tweede huisje in Sulesund voor de boeg en we moesten om 10 uur uit het huisje zijn. Toen we opstonden was het nog droog, maar tijdens het inpakken van de auto begon het te regenen. Tegen 10-en zijn we vertrokken voor de lange rit naar Sulesund. Via Voss en Vik zijn we naar Vangsnes gereden vanwaar we zijn overgevaren naar Dragsvik. Op de kade en de boot hebben we wat gegeten en gedronken. Via Jølster en Gloppen zijn we naar de ferry van Anda naar Lote gereden. Tot nu toe had het de hele reis vanaf Ålvik onophoudelijk geregend, maar net voordat we bij de ferry waren begon het op te klaren en liet de zon zich zien, het land ziet er toch een stuk liefelijker uit als het door de zon wordt beschenen dan dat het in een grijze regensluier is gehuld. Van Lote zijn we over de weg Volda gegaan, we hebben de ferry van Folkestad naar Volda links laten liggen en zijn om de Austefjord heen gereden. De derde en laatste ferry voor deze dag was die van Festøya naar Solavågen. Eénmaal in de laatste plaats aangekomen waren we in de gemeente Sula en was het nog maar een klein stukje rijden naar ons tweede huisje in Sulesund. Daar kwamen we om ongeveer 18:45 aan, bijna 9 uur nadat we waren vertrokken uit Ålvik en in die tijde hebben we in totaal 436 km afgelegd. Zeker in het fjordengebied in het westen van Noorwegen schiet het door alle veerponten niet op en moet je rekening houden met een gemiddelde snelheid van zo'n 50 á 60 km/uur. Ons tweede huisje is al behoorlijk oud, het is gebouwd in het begin van de vorige eeuw, en het is groter dan het vorige huisje. Het huisje is ingericht met meubels uit de jaren 60 van de vorige eeuw. Ook dit huisje staat weer aan een fjord en wel de Sulafjord. Wel niet zo heel dicht bij als het huisje in Ålvik maar vanuit de woonkamer hebben we een mooi zicht op de fjord en de bergen aan de overkant van het water.
Ons tweede huisje in Sulesund aan de Sulafjord

Ålesund

In Ålesund zijn na de brand van 1904 vele gebouwen in Art Nouveau stijl gebouwdSommige huizen zijn versierd met fraaie gevelstenenZicht op één van de kanalen door de stad
Fraaie muurschildering op een gevelZeewolf in het Atlanterhavsparken aquarium van ÅlesundEen inktvis in één van de aquariaKinderen mogen om drie uur de vissen in één van de aquaria voerenOm half vier doet een duiker hetzelfde in het grote aquarium
De eerste dag in ons nieuwe huisje hebben we uitgeslapen en vervolgens zijn we op weg gegaan naar Ålesund, slechts zo'n 30 km rijden vanaf Sulesund. Onderweg naar Ålesund begon het opnieuw zachtjes te regenen. Bij aankomst hebben we de auto bij de Tourist Info geparkeerd, gratis omdat het zondag is, en hebben we bij de Tourist Info informatie over een stadwandeling gehaald en over een trip naar het vogeleiland Runde. Vervolgens hebben we een klein gedeelte van de stad bekeken. Op een zondag is daar niet zo veel aan omdat de meeste winkels gesloten zijn en het dan een doods aandoende plaats is. Ålesund is bekend om zijn vele huizen in Art Nouveau stijl. Deze zijn na de grote stadsbrand van 1904 in 3 jaar tijd gebouwd met Europese steun. Hierin is Ålesund dan ook uniek binnen Noorwegen en zelfs binnen Europa. De stad is gebouwd op een aantal, door bruggen verbonden, eilanden. We hebben maar een klein gedeelte van de wandeling gelopen omdat het nog steeds een beetje regende. Toen we ergens wat wilden gaan drinken konden we geen gelegenheid vinden die geopend was. Maar even later liepen we langs de haven en zagen daar een rondvaartboot die op het punt stond te vertrekken. We aan boord gegaan en zaten we in ieder geval droog en we konden er iets te eten en drinken krijgen. De rondvaart duurde in totaal 1,5 uur. Onderweg werd er nog gestopt bij Devold, een museum over de Noorse brei-industrie, en bij het Sunnmøre museum, een openluchtmuseum dat vooral over de visserij gaat. Eventueel kun je bij die musea uitstappen, ze bekijken en de volgende boot nemen om de rondvaart af te maken, wij hebben dat niet gedaan. Eénmaal terug in Ålesund zijn we met de auto naar het aquarium van Ålesund gereden. Dit Atlanterhavsparken is één van de grootste zoutwateraquaria van Noord-Europa. Het park ligt direct aan de kust en binnen zijn er naast de diverse aquaria met vele soorten vissen ook diverse tentoonstellingen over het leven in de zee te zien. Om 15:00 werden in één van de aquaria de vissen gevoerd. Dit mochten de kinderen doen, uit een grote emmer konden ze garnalen pakken en die aan de vissen voeren. Even later, om 15:30, werden in het grote aquarium de grote vissen gevoerd door een duiker die onder grote publieke belangstelling, kom dus op tijd als je een zitplaats wilt hebben, met een grote zak voer in het aquarium tussen de vissen doorzwom.
In Ålesund zijn na de brand van 1904 vele gebouwen in Art Nouveau stijl gebouwd

Geirangerfjord

Een eerste blik op de GeirangerfjordDe ferry komt aan in het haventje van HellesyltEen oude boerderij is tegen de berg geplaktDe weg uit Geiranger baant zich al kronkelend een weg omhoog
De brug bij Hellesylt en de outlet storeTerugblik vanaf de ferry naar de ingang van de GeirangerfjordEén van de vele watervallen die in de fjord stortenBlik vanuit Geiranger op het einde van de fjordBlik vanaf het uitzichtpunt boven het dorp over het einde van de fjordCiska zoekt de pot met goud aan het einde van de regenboogEen paar van de 11 haarspeldbochten in de Trollstigen
Toen we de volgende morgen opstonden zagen we zowaar geen grijze sluier buiten maar konden we zo hier en daar wat blauwe lucht ontwaren. Omdat de dag er zo hoopval uitzag besloten we om deze dag de Geirangerfjord te bezoeken, volgens de boekjes de mooiste fjord van Noorwegen. Om 9:15 zijn we vertrokken richting Magerholm om daar de ferry over de Storfjord naar Ørsneset te nemen. Eénmaal op de ferry begonnen alle wolken rond de bergen weg te trekken en beloofde het echt een stralende dag te worden. Via Stranda zijn we naar Hellesylt gereden vanwaar de ferry over de Geirangerfjord naar Geiranger vertrekt. Voor we in Hellesylt waren zijn we nog gestopt bij een uitzichtpunt vanwaar een eerste blik kan worden geworpen op de Geirangerfjord. In Hellesylt moesten we nog ruim een uur wachten voor de ferry vertrok. Die tijd hebben we gebruikt om wat te eten en te drinken. Even na het middaguur kwam de ferry binnen en even later konden we aan boord rijden. Iets over half één vertrokken we voor de ruim een uur durende cruise van 20 km over de fjord naar Geiranger. We zaten op het bovendek en genoten van het uitzicht en het onvoorstelbaar warme weer. De boot werd omringd door meeuwen terwijl de ene na andere waterval aan ons voorbijschoof. Rond kwart voor twee reden we van de boot af in Geiranger en nadat we de auto hadden geparkeerd zijn we in een restaurantje wat gaan eten voordat we een korte wandeling door het dorpje gingen maken. In dit over toeristische plaatsje loop je van de ene souvenirwinkel naar de andere. Veel meer dan dat plus diverse hotels en restaurants zijn er niet in Geiranger. In Geiranger hadden we ook de hoogste temperatuur van deze vakantie tot nu toe, het kwik liep op tot tegen de 30 graden. Boven de 20 graden hadden we zelfs nog niet meegemaakt deze vakantie en dan ineens dit! Om een uur of drie zijn we weer vertrokken naar een uitzichtpunt ver boven Geiranger. Nadat we van het uitzicht hadden genoten zijn we weer terug gereden naar Geiranger om vervolgens aan de andere kant van het dorp weer omhoog te gaan naar het volgende uitzichtpunt. Hier was een klein watervalletje waar de zon in scheen en er zodoende een kleine regenboog in zichtbaar was. Ciska is nog op zoek gegaan naar de pot met goud, ze heeft hem helaas niet gevonden. Na ook hier weer de nodige foto's te hebben gemaakt hebben we onze weg weer vervolgd naar de ferry die ons over de Norddalsfjord van Eidsdalen naar Linge vervoerde. Deze overtocht was trouwens gratis, toen Hilleke wilde betalen toen we de boot afreden kreeg ze haar geld weer terug (dit is niet normaal, je moet er normaal gewoon voor betalen). Van Linge zijn we naar de Trollstigen (Trollenpad) gereden, het beroemdste stukje weg van Noorwegen. Het is een weg waarbij je met 11 haarspeldbochten in bijna 7 km van een hoogte van bijna 700 meter afdaalt naar zo'n 200 meter. Voordat we aan deze afdaling begonnen hebben we eerst wat gedronken en bij het uitzichtpunt wat foto's van de weg gemaakt. In bijna 12 minuten hebben we de afdaling gedaan waarbij we een enkele stilstaande tegenligger zagen die met een oververhitte motor langs de kant van de weg stond. In Andalsnes hebben we vervolgens wat gegeten voordat we de laatste anderhalf uur terug reden naar Sulesund.
Een eerste blik op de Geirangerfjord

Vogeleiland Runde

Zicht over een baai op het vogeleiland RundeSchipper Björn kijkt vanaf het bootje Gelukkig zagen we toch nog een paar papegaaiduikersOp de steile rotsen langs de kust leven duizenden vogels, dit zijn noordse stormvogelsGrote aantallen aalscholvers op de rotsen
Toen we dinsdag opstonden keken we opnieuw met verbazing naar buiten, voor de 2e opeenvolgende dag zagen we een blauwe lucht toen we opstonden. Het zal toch niet waar zijn dat we 2 dagen achter elkaar mooi weer hebben? Dat zou een record zijn voor deze vakantie! Omdat het nog mooi weer was heeft Ciska besloten dat we naar het vogeleiland Runde zouden gaan om te proberen Puffies (Papegaaiduikers) te zien. Toen we na het ontbijt de ferry van Hareid naar Sulesund langs zagen varen hebben we de spullen gepakt en zijn we naar de kade gereden, slechts 1,5 km van ons huisje, om over te varen naar Hareid. De overtocht duurt ongeveer een half uur. Eenmaal in Hareid aangekomen zijn we direct naar het eiland Runde gereden. Dit gaat verder via bruggen, er zijn daar geen ponten meer. Om half twaalf waren we bij een restaurant annex Tourist Info waar we een boottochtje rond het eiland hebben geregeld voor 13:00 uur. Vervolgens naar het einde van de weg op het eiland gereden waar we een korte wandeling hebben gemaakt waarna we terug gereden zijn naar de haven waar we bij een ander restaurantje wat gegeten en gedronken hebben alvorens we aan boord van het kleine bootje de 'Von' zijn gestapt voor de rondvaart. Kapitein Björn heette ons hartelijk welkom aan boord, samen met nog een Duitser waren we de enige passagiers. Björn zei al dat we waarschijnlijk geen papegaaiduikers te zien zouden krijgen omdat die in augustus allemaal wegtrekken. Tijdens de bijna 2 uur durende rondvaart hebben we vele soorten vogels gezien waaronder oa (kuif)aalscholvers, Jan-van-Genten, zeekoeten, drieteenmeeuwen, mantelmeeuwen, zilvermeeuwen, zeearenden en onverwacht toch nog een aantal papegaaiduikers. De laatsten waren dus een onverwachte verrassing, opeens zagen we er een aantal voorbij vliegen en in de zee zwemmen. Ook begon tijdens de rondvaart de lucht behoorlijk dicht te trekken en verschenen er wolken rond de bergen, maar het bleef verder droog hoewel het niet zo warm was. Er stond een behoorlijke deining dus het was erg lastig om de vogels goed te fotograferen. Maar er zijn er toch een aantal gelukt. Na afloop van de rondvaart nog wat gedronken en vervolgens weer op huis aan via een kleine omweg langs de kust over het eiland ten zuiden van Hareid.
Zicht over een baai op het vogeleiland Runde

Sunnmøre openluchtmuseum

De ingang van het Sunnmøre openluchtmuseumCiska hangt aan een katrol
Oude timmermanswerkplaats in het museumEen oude vissersboot in het haventje bij het museumCiska aan het roer van het vikingschipOud schoolgebouw in het buitendeel van het museumCiska is ingespannen een stuk hout aan het snijden
Toen we zondag met de rondvaartboot vanuit Ålesund aan het varen waren, was één van de twee stops bij het Sunnmøre openluchtmuseum. Dat zag er wel leuk uit en omdat we in een folder gelezen hadden dat er in de zomermaanden op woensdagen voor kinderen allerlei activiteiten worden georganiseerd hebben we op woensdag 8 augustus een bezoek aan dit museum gebracht. Het gaat pas om elf uur open en het is maar een klein stukje rijden vanaf ons huisje dus pas om kwart voor elf zijn we vertrokken en na ongeveer een half uur rijden waren we bij het museum. Er is een deel binnen en buiten staan diverse oude houten gebouwen uit deze streek waaronder een aantal huizen, boerderijen, pakhuizen, een kerk en een school. Er is ook veel aandacht voor de visserij en scheepvaart door de nabijheid van de zee. We hebben ook nog een boottocht van ongeveer een uur gemaakt met een replica van een Noors vikingschip waarvan het origineel bij Roskilde in Denemarken is gevonden. Deze replica is echter wel met een motor uitgerust en helaas gebruikten we dus niet het zeil. Onderweg mochten de kinderen aan boord aan het roer staan, ook Ciska heeft een tijdje de boot bestuurd. Eén van de activiteiten die voor kinderen was georganiseerd was onder andere hout snijden. Ciska heeft daar ook nog een stuk hout gesneden, ze wil hier thuis een lepel van gaan maken. Nadat ze daarmee klaar was hebben we een rondje langs een deel van de oude gebouwen gemaakt, sommige waren open en kon je ook van binnen bekijken. Na nog wat te hebben gedronken hebben we de oude boten in het botenhuis bekeken voordat we weer weg gingen. Voordat we terug gingen naar Sulesund zijn we nog naar Ålesund gereden om daar op zoek te gaan een internet mogelijkheid. Deze hebben we gevonden in de Tourist Info. Onderweg terug naar huis begon het dan toch te regenen, voor het eerst deze week. Dat bleef het ook tot in de avond toen.
De ingang van het Sunnmøre openluchtmuseum

Bud

Zicht op het vissersplaatsje Bud
Een oud Duits geschut op het fort bij BudUitkijkpost van waaruit de Duitsers de zee afspeurdenDuitse soldaat in het ondergrondse fortEen kunstwerk in de voormalige watertank van het fort
Donderdag zijn we naar het noorden gegaan. Met de ferry zijn we van Vestnes naar Molde overgestoken. Volgens de boekjes was Molde zelf niet zo boeiend dus zijn we direct doorgereden naar het vissersplaatsje Bud wat volgens de diverse boekjes wel een leuk plaatsje moest zijn. Eenmaal in Bud aangekomen zijn we eerste naar de Tourist Info gereden, daar was verder weinig te zien, maar direct naast de Tourist Info is een ondergronds fort Ergan dat in de Tweede Wereldoorlog door de Duitsers is gebouwd. Het is een waar doolhof van gangen, tunnels en ruimten onder de grond. In diverse ruimtes zijn tentoonstellingen ingericht waarbij het alleen jammer is dat alle bijschriften enkel in het Noors zijn. De bouw van het fort begon in 1941 en was gereed in april 1943. Het fort maakte deel uit van Hitlers 'Atlantik Wall'. Van mei tot november 1945 werd het fort ontruimd, de wapens werden in zee gedumpt en de barakken en inrichting werden verkocht. We hebben vrij lang door en over het fort gestruind alvorens we van Bud op weg gingen naar de volgende bestemming, de Atlanterhavsveien.
Zicht op het vissersplaatsje Bud

Atlanterhavsveien en Kvernes

Blik op een aantal van de rots eilandjes van de Hustadvika
De Storseisundet brug, de grootste van de acht bruggen van de AtlanterhavsveienVanaf de andere kant ziet hij er ineens een stuk minder spectaculair uitDe staafkerk van Kvernes, de jongste staafkerk in NoorwegenHet bootje in de kerk in Kvernes
Vanaf Bud gaat de weg naar de Atlanterhavsveien langs de Hustadvika. Dit is een berucht stuk kust vanwege de vele kleine rotsachtige eilandjes waardoor er lastig te varen is. De Atlanterhavsveien is een ruim 8 km lange weg met daarin 8 bruggen. De grootste hiervan is de Storseisundet brug. De constructie is begonnen in 1983 en op 7 juli 1989 is de weg geopend. Op een aantal van de kleinere bruggen staan veel mensen te vissen, oppassen dus dat je hier geen vis tegen de voorruit krijgt, er staan ook borden om je voor de vissers te waarschuwen. Vervolgens wilden we nog naar Kristiansund, maar dat bleek ivm nog een ferry te laat te gaan worden en die plaats hebben we maar gelaten voor wat hij is en we hebben een rondje over het eiland Averøya gereden en het staafkerkje van Kvernes bezocht. Dit is de nieuwste staafkerk van Noorwegen die in ongeveer 1300 is gebouwd. Het kerkje heeft een schitterend interieur met onder andere het model van een zeilschip aan het plafond. Na het bezoek aan dit kerkje hebben we ons rondje over het eiland verder vervolgd en opnieuw via de Atlanterhavsveien terug naar Molde en met de ferry terug naar Vestnes. Deze overtocht duurt ruim een half uur verder beschikt de ferry over een restaurant en hebben we de tijd aan boord nuttig besteed door daar te gaan eten.
Blik op een aantal van de rots eilandjes van de Hustadvika

Van Sulesund naar Østby

De buitenkant van het Rozenkerkje in StordalEn een aantal wandschilderingenHet Trollenpark in DombåsNog een enge trolEen rijtuig in het automuseum in LillehammerDeze ziet er al een stuk beter uit
Het schitterende interieur van het kerkjeDe Trollvegen, een meer dan 1000 meter hoge steile rotswandEen trol houdt de wacht bij de ingangEen bosnimf die de geitenhoeders verleidtDeze auto behoeft nog wat restaurantiewerkEen 1-persoons Mustad uit 1935Deze smalle auto is speciaal gemaakt voor de winterse omstandigheden in Noorwegen als de wegen smaller zijn omdat de sneeuwruimer niet zo breed isOns laatste huis staat in Østby, niet ver van de grens met ZwedenZicht vanaf de veranda voor het huis over de tuin
Omdat de trip van Ålvik naar Sulesund zo veel in beslag nam, besloten we om de reis naar ons laatste huisje in Østby, nabij Trysil en de grens met Zweden, in twee etappes te doen en onderweg ergens te overnachten. Van Sulesund naar Østby is namelijk bijna 600 kilometer en dat gaf ons tevens de gelegenheid onderweg ook nog het één en ander te bekijken. De eerste stop was bij het Rozenkerkje in Stordal. Dit kleine, van binnen schitterend beschilderde kerkje is gebouwd in 1789. De kerk is destijds door vrijwilligers gebouwd op de plaats van een vroegere staafkerk. De pilaren in de kerk zijn nog van deze vroegere staafkerk. Het was helaas niet toegestaan om te fotograferen in de kerk, het meisje dat bij de ingang zat zag ons met camera's naar binnen gaan en volgde ons om te zien of we geen foto's gingen maken. In de kerk was ook nog een balkon vanwaar je een mooi zicht had op het interieur. Terwijl Hilleke beneden het meisje onder het balkon allerlei vragen stelde kon Arjan toch wat foto's maken. Zonder flits uiteraard en een digitale camera maakt geen lawaai. Na dit korte bezoek hebben we onze weg vervolgd via Åndalsnes naar Dombås. Onderweg hebben we nog gelunched en na Åndalsnes zijn we gestopt bij de Trollvegen, de steilste en hoogste rotswand van Europa van meer dan 1000 meter hoog. In het verleden zijn er wel mensen met een parachute vanaf gesprongen. Maar na een aantal ongevallen is dat tegenwoordig verboden. Het is jammer dat de zon hier altijd verkeerd staat, het is lastig om er een goede foto van te maken. Vanaf de Trollvegen zijn we in één ruk naar Dombås gereden om bij de Tourist Info te informeren naar het Trollenpark. Dat is eenvoudig, die ligt er pal naast in het centrum van Dombås. Dit Trollenpark is een soort gangenstelsel met levensgrote trollen en diverse verhalen over de trollen. Pas aan het einde zagen we dat het niet was toegestaan om foto's te maken. Maar toen hadden we ze al gemaakt en om ze nou weer te wissen gaat iets te ver. Nadat we nog wat boodschappen hadden gedaan zijn we op zoek gegaan naar een camping met vrije hutten. We hadden snel een camping gevonden langs de weg richting Lillehammer zodat we de volgende dag snel weer verder konden gaan naar Østby. De Ulekleiv camping was een kleine camping met een stuk of 10 hutjes, die niet duur waren. Voor 270 NOK hadden we een 4 persoons hutje.

De volgende dag hebben we na het ontbijt onze weinige spullen gepakt, de hut aangeveegd en toen op weg richting Lillehammer. Toen we opstonden zag het er wel bewolkt uit, maar de zon deed zijn best om er doorheen te breken. Echter toen we eenmaal op weg waren begon het toch weer te regenen. We besloten om in Lillehammer even te stoppen om wat te eten en te drinken. In onze reisgidsen hadden we gelezen dat er ook een automuseum is. Bij de Tourist Info, gevestigd in het station, hebben we e.e.a. nagevraagd. Na wat te hebben gegeten zijn we naar het museum gereden. Het was inmiddels steeds harder gaan regenen, volgens onze Trotter reisgids was het automuseum een goed uitje voor een regenachtige dag, dat komt dan toch weer mooi uit. Het Norsk Kjøretøyhistorisk Museum was snel gevonden, en we hebben er ongeveer een uur rondgelopen in ruim een eeuw Noorse autohistorie. Eens kende Noorwegen ook een auto industrie maar die is gestopt aan het einde van de jaren vijftig van de vorige eeuw. Behalve auto's staan er ook koetsen, sleeën, fietsen en motoren. Ook andere zaken die met auto's te maken hebben zoals bijvoorbeeld een garage zijn er te zien. Toen we het museum weer uit waren hebben we nog wat boodschappen gedaan alvorens we onze weg richting Østby vervolgden. Het was inmiddels nog harder gaan regenen en het rijden was geen pretje. Op de kaart stond dat de E6 een snelweg werd van net voor Lillehammer tot Oslo, maar we zagen niet echt een verschil met de overige wegen in Noorwegen, nog steeds dezelfde 2-baans weg met een maximum van 80 km/u. En omdat het zo druk is op deze weg, lag de snelheid niet veel hoger dan 60 tot 70 en inhalen was ook niet mogelijk omdat het de andere richting op ook erg druk was. In Hamar hebben we de 'snelweg' verlaten, daar hield het overigens ook op met regenen gelukkig. Tot Elverum was het nog vrij druk op de weg, maar vandaar tot Trysil was de weg verlaten en was de toegestane maximum snelheid zelfs 90! Om ongeveer 16:45 waren we bij het huis in Østby waar we de sleutel voor ons volgende huisje moesten ophalen, we hadden via Novasol opgegeven dat we de sleutel bij de eigenaar zouden ophalen. Er was echter niemand thuis en we zijn maar naar het huisje gereden. Bij het huisje was echter ook niemand en na verloop van tijd maar weer terug gereden naar het huis van de eigenaar waar ook nog steeds niemand was alhoewel er wel licht in het huis aan was. Uiteindelijk zijn weer naar het huisje gegaan in de hoop dat we elkaar wellicht net hadden gemist, maar helaas nog steeds niemand te zien. We hebben nog gezocht naar een sleutel en Ciska kwam met het idee kwam om in de brievenbus te kijken. En jawel, daar zat de sleutel in, dat hadden ze dan van Novasol ook wel beter mogen communiceren. Eenmaal in het huisje is het, zoals bij ieder huisje, eerst een ontdekkingstocht wat er allemaal wel en niet is. Het huisje staat verlaten in een bosrijke omgeving, het is ook een stuk groter dan de vorige twee huisjes.
De buitenkant van het Rozenkerkje in Stordal

Trysil en de Snippen Gård

Een zeug met wat biggen in de Snippen GårdEen kalf kijkt ons nieuwsgierig aan
Een paar Schotse hooglanders zijn er ook te vindenEen lama ligt lekker tussen de schapenCiska is voor het eerst van haar leven aan het vissenDe vangst, een 1,8 kg zware regenboogforelGelukkig willen ze de vis voor ons schoonmaken
Zondag hebben we eerst eens lekker uitgeslapen en na het ontbijt hebben we geprobeerd om uit te vinden waarom het water uit de kraan zo verschrikkelijk bruin is. We hadden er ook geen koffie van gemaakt want we weten niet wat er mee aan de hand is. We hebben ook geprobeerd om de eigenaar te bellen, maar dat is niet gelukt. We hebben weinig of geen bereik met onze mobiele telefoons in dit afgelegen gebied. Soms werken ze wel en dan later weer niet. Onze eerste doel deze dag was de Tourist Info in Trysil. Daar stond zowaar een Nederlands meisje achter de balie, dus dat was wel handig. Ze heeft ons het één en ander verteld over wat er allemaal in de omgeving is te doen en te zien. Tevens heeft een Noorse collega van haar de eigenaar van het huis gebeld om te vragen naar de herkomst van het bruine water. Het is niet gevaarlijk, het komt omdat het water uit een beek naast het huis wordt gepompt en na veel regenval wordt het water bruin. We kunnen het wel gewoon gebruiken alhoewel het er niet smakelijk uit ziet en ons werd aangeraden om het water in de koffiezetter te koken en door een koffiefilter te laten lopen om het wat te filteren. Verder hebben we ook bij de Tourist Info voor woensdag avond een eland safari geregeld. Na het bezoek aan de Tourist Info hebben we bij een naburig café koffie gedronken, dat hadden we bij het ontbijt niet gemaakt, en vervolgens zijn we naar een soort kinderboerderij in de buurt van Elverum gereden, de Snippen Gård in Julussdalen. Daar hebben we de rest van de middag doorgebracht met het kijken naar beesten die je in Nederland ook overal kan zien zoals geiten, paarden, koeien, kippen, varkens, enz. Ciska heeft hier voor het eerst van haar leven gevist. Binnen een paar minuten had ze al beet en haalde ze een 1,8 kg zware regenboogforel uit het water. Het bleek dat je de vis dan (dood) mee kreeg naar huis (wel tegen betaling uiteraard). We hebben hem laten schoonmaken en morgen gaat hij op de BBQ. Nadat Ciska nog even in de speeltuin had gespeeld zijn we weer vertrokken en via wat binnendoor weggetjes zijn we terug gereden naar ons huisje in Østby.
Een zeug met wat biggen in de Snippen Gård

Hamar

Eén van de eerste treinen die in Noorwegen reedHet smalspoortreintje in het museumOude krantenkiosk
Een machinist op zijn locomotiefEen oud restauratie rijtuig is nog steeds in gebruik als restaurantDe De Ciska op het lilliput treintjeDe vis die Ciska heeft gevangen ligt op de BBQ
Toen we maandag vroeg opstonden kwam voor de verandering de regen weer eens met bakken uit de hemel, het was tenslotte al weer twee dagen geleden dat we regen hadden gezien. We stonden vroeg op omdat we naar het spoorwegmuseum in Hamar wilden gaan. Daar is ook buiten een aantal dingen te zien dus we hoopten dat het in Hamar wat droger zou zijn. Onderweg bleef het maar plenzen, maar toen we van Elverum naar Hamar reden zagen we in de verte al wel een blauwe lucht. Toen we dichter bij waren vreesden we dat het slechte weer aan de oostkant van het Mjøsa meer zat en het mooie weer aan de westkant. Maar gelukkig toen we in Hamar aankwamen was de regen opgehouden en hadden we verder een dag met stralend zonnig weer. Het museum hadden we snel gevonden, het was er niet druk. We zijn eerst door het hoofdgebouw gewandeld waar een impressie wordt gegeven van de historie van de Noorse spoorwegen. Daarna hebben we buiten een kort ritje gemaakt met een smalspoor stoomtreintje over het uitgestrekte buitenterrein van het museum, het ritje duurt echter maar een paar minuten. Het museum is verder erg leuk opgezet, langs de smalspoorlijn staan diverse gebouwen die vroeger her en der door Noorwegen stonden en die naar dit museum zijn verplaatst. Toen we bij het eindpunt van de korte rit waren aangekomen hebben we eerst wat gedronken bij een oud restauratierijtuig alvorens we één van de locomotiefhallen zijn ingegaan waar onder andere zowel de grootste als de kleinste stoomlocomotief staan die ooit in Noorwegen hebben gereden. Langs de diverse oude gebouwen zijn we vervolgens terug gelopen in de richting van het hoofdgebouw. Na nog een loods met stoomlocomotieven te hebben bekeken heeft Ciska nog een rondje op een lilliputtrein gemaakt waarna we het hoofdgebouw weer zijn ingegaan waar Ciska nog een tijdje met een Fisher Price modelbaan heeft gespeeld. Na dit museum zijn we naar het centrum van Hamar gereden waar we op zoek zijn gegaan naar een boekwinkel. Hilleke wilde een recept voor Ciska's vis voor op de BBQ vanavond. In wat Noorse kookboeken hebben we wat gevonden. Arjan heeft met de digitale camera de recepten gefotografeerd zodat we ze 's avonds nog eens konden nalezen en vervolgens hebben we de boeken weer terug gezet. Na nog wat te hebben gedronken en een ijsje zijn we terug gereden richting Østby. In Elverum zijn we naar de supermarkt gegaan voor inkopen voor de komende dagen. Eénmaal thuis hebben we de vis gemarineerd en die hebben we daarna op de BBQ gelegd. Het duurde even voor hij goed gaar was, maar we hebben er heerlijk van gegeten. We waren blij dat Ciska maar een kleintje van 1,8 kg had gevangen. Er waren ook mensen die een vis van meer dan 4 kg boven water haalden. Geen idee wat wij met zo'n grote vis hadden gemoeten. Dan kun je de hele week vis eten.
Eén van de eerste treinen die in Noorwegen reed

Het mijnstadje Røros

Willekeurig straatbeeld in RørosObsceen kunstwerk in de tuin van een galerieDe oude smelterij is nu een museumZicht op Røros vanaf de heuvels met afval slakkenNog een straatje met wat oude houten huisjes
Reclamebord bij de masseurDe Bergstadens Zür kerk van het stadjeEén van de schitterende maquettes in het museumEen paar van de oude mijnwerkershuizenIn de oude OlavsgruvaAlles staat er nog zoals het de laatste werkdag is achtergelatenGeoxideerd koper in mijn
De volgende dag zijn we opnieuw vroeg opgestaan omdat we een bezoek wilden brengen aan het mijnstadje Røros, op zo'n 2,5 uur rijden vanaf Østby. Tegen negen uur vertrokken we en na een mooie rit door het Noorse landschap waren we rond kwart over elf in Røros. Het was gelukkig mooi weer met wel zo hier en daar donkere wolken, maar de regen is weggebleven. Het was niet erg warm, slechts zo'n 14 graden maar we waren al lang blij dat het droog was. Als eerste zijn we bij de Tourist Info langs gegaan voor wat info en een wandelroute door het oude mijnstadje. Røros met zijn oude houten huisjes staat op de Wereld Erfgoed Lijst en is in al die jaren nooit door brand getroffen waardoor vele huizen uit de beginperiode er nog steeds staan. De toren van de uit 1780 stammende Bergstadens Zür kerk is door de hele stad heen te zien en fungeert als markant punt van deze plaats. De hoofdstraat van het plaatsje is gevuld met souvenirwinkeltjes en diverse kleine ambachtswerkplaatsjes. Vanaf 1644 was Røros voor meer dan 300 jaar het centrum van een gebied met veel kopermijnen. De laatste mijn werd in 1977, na 333 jaar mijnhistorie, gesloten. In al die jaren speelde de mijnindustrie een belangrijke rol in de economische en sociale ontwikkeling van Røros en omstreken. In het oude deel van stad, ook wel bekend onder de naam 'Bergstaden' vindt je nog veel karakteristieke oude huizen uit de 18e en 19e eeuw. In de vroegere smelterij (Smeltehytte) bevindt zich nu het Røros museum. Deze smelterij is in de loop der eeuwen diverse malen afgebrand en steeds weer opgebouwd. In het museum vindt je aantal schitterend gemaakte, werkende maquettes van diverse gebouwen en installaties die voor het winnen van het kopererts werden gebruikt. Vroeger werd vaak waterkracht gebruikt voor het aandrijven van de machines en zelfs dat is in de maquettes terug te zien. Ze zijn voorzien van kleine waterraderen die ook echt door water worden aangedreven. Naast de smelterij liggen enorme bergen met het slakken afval van de smelterij, deze kun je ook beklimmen en van bovenaf heb je een mooi uitzicht over het stadje. Ook deze slakken afvalberg is onderdeel van het cultureel erfgoed en het is dus niet toegestaan om wat slakken als souvenir mee te nemen. Vervolgens zijn we naar de Olavsgruva gereden. Dit is één van de mijnen waar vroeger het kopererts naar boven werd gehaald. Deze mijn is 2 maal gebruikt. De laatste maal was van 1932 tot 1972 en deze ligt onder de oude mijn. Deze mijn kun je ook in en je gaat in de nieuwe mijn tot zo'n 50 meter diepte onder de grond. In de mijn is het overigens behoorlijk koud, slechts zo'n 5 graden dus hou er rekening mee dat je warme kleding meeneemt. Je loopt door de diverse gangen en ziet de mijn zoals hij er uit zag toen hij voor het laatste maal werd verlaten. De rondleiding door de mijn eindigde in de Bergmannshallen. Een grote zaal diep onder de grond die ook wel gebruikt wordt voor het geven van concerten en theatervoorstellingen. Weer eenmaal terug boven de grond was het inmiddels ongeveer 5 uur en tijd om terug te gaan naar Østby. Onderweg hebben we in een restaurantje aan de oevers van het Femunden meer wat gegeten en Ciska heeft daarna nog even gespeeld in de speeltuin van de naastgelegen camping. Na nog wat over de camping te hebben gelopen hebben we onze weg vervolgd en om ongeveer half tien waren we weer terug in ons huis.
Willekeurig straatbeeld in Røros

Elverum

Model van een werkplaats in het bosmuseumEen boswachter rust uit in zijn eenvoudige hutjeOpstelling met een winterlandschap in het museumIJsbeer en een zeehondCiska bezig met het bouwen van dammetjes
Woensdag hebben we uitgeslapen, we wilden niet zo ver weg als dinsdag. Na het ontbijt hebben Arjan en Ciska nog de vissen in de vijver voor het huis met oud brood gevoerd. Eén van de vissen in de vijver zwemt rond met een oranje dobber achter zich aan. Er is waarschijnlijk op hem gevist en de lijn is gebroken, dus waarschijnlijk zit het haakje nog in z'n bek en de dobber plus een stuk van de lijn volgt hem steeds. Het is dan ook eenvoudig om deze vis terug te vinden in de vijver. Na het vissen voeren zijn we naar Elverum gereden om daar het bosmuseum te bezoeken. Zodra we van huis vertrokken begon het te regenen en dat is eigenlijk de hele dag maar door gegaan. Soms hard, soms zachtjes, dan weer even droog, maar de hele dag door was het nat. In het hoofdgebouw van het museum was dat niet zo erg, maar er is ook een groot buiten terrein bij. Het museum is gewijd aan de bosbouw in Noorwegen en alles wat met het gekapt hout kan worden gedaan, huizen, meubels, papier, etc. Naast het hout wordt ook veel aandacht besteed aan de overige flora en fauna in en buiten de bossen in Noorwegen, zoals vogels, vissen, grote en kleine zoogdieren, etc. Erg interessant museum waar je wel een dag kan doorbrengen, zeker als het mooi weer is en je het uitgebreide buiten gedeelte ook wilt bezoeken. Daar is bij ons ivm de regen weinig van terecht gekomen. We zijn wel even buiten geweest toen het wat miezerde. Ciska heeft nog er nog wel een tijdje als ware Nederlandse waterbouwkundige dammen gebouwd in een soort waterspeelplaats met stromend water (niet de regen). Tegen vier uur zijn we weer terug gegaan naar huis om nog thuis te kunnen eten voor we om 7 uur met de eland safari vanuit Trysil zouden vertrekken.
Model van een werkplaats in het bosmuseum

Elandsafari

Een eland kijkt ons onderzoekend aanEn blijft rustig eten terwijl wij in de buurt zijn
Bij de Tourist Info in Trysil hadden we zondag een kaartje gekregen met daarop aangegeven de plaats vanwaar we zouden vertrekken. Dat was in de buurt van een supermarkt en op de parkeerplaats hebben we een tijd gewacht tot we het minibusje waarmee we op safari zouden gaan zagen. Maar het kwam maar niet. Om 7 uur is Arjan, toen het even wat droger was, op onderzoek gegaan en zag ergens een minibusje staan, maar die was leeg. Even verderop liep iemand rond en die kwam naar Arjan toe met de vraag of hij voor de elandsafari kwam. Dat was zo en we zijn toen naar het kantoor van het bedrijf gegaan dat de safari verzorgde. Daar stond het busje al klaar en we zijn samen met nog een Duits echtpaar vertrokken. Het weer was gelukkig inmiddels wat opgeklaard en het was gestopt met regenen. We zijn naar een plaats in het bos zo'n 15 km ten noorden van Trysil gereden waar de chauffeur ons eerste het één en ander over de eland heeft verteld. Maar voor we daar waren hadden we de eerste 3 elanden van ongeveer een jaar oud al gezien. De chauffeur vertelde onder andere hoe je het verschil tussen een mannetje en vrouwtje kan zien als het mannetje (nog) geen gewei heeft, hoe het gewei groeit en dat een vrouwtje tussen de 1 en 3 jongen per jaar krijgt, deze jongen worden meestal half mei geboren na een draagtijd die gelijk is aan die van een mens, negen maanden. Na het verhaal van de chauffeur hebben we een tijd gereden zonder een eland te zien. Uiteindelijk zag Arjan er één tussen de bomen. Het bleken er uiteindelijk twee, een moeder met jong die vervolgens snel het bos invluchten. Daarna nog een tijd zonder succes gereden met nog een stop voor koffie, koek en elandworst. Tijdens de koffie begon het weer te plenzen en we zijn weer snel het busje ingegaan. In de bossen rond Trysil wordt tijdens het jachtseizoen van september tot december veel op elanden gejaagd, per jaar worden er in deze streek zo'n 1000 stuks afgeschoten. Toen we weer terug reden was het gestopt met regenen en even later zagen we nog een eland aan de rand van het bos staan. Deze bleef ons van een afstand aankijken, maar bleef wel staan en even later ging ze door met eten. Deze hebben we vanaf een afstand goed kunnen gadeslaan. Een foto ervan maken was niet eenvoudig, zeker omdat het al begon te schemeren. We hebben er zeker zo'n 10 minuten naar kunnen kijken voor we verder reden, terug naar Trysil. Onderweg daarheen zagen we nog 3 elanden in de berm van de weg, in totaal hebben we er dus 9 gezien, meer dan het gemiddelde volgens de chauffeur. Even na 10 uur waren we terug in Trysil en zijn we naar Østby gereden, onderweg goed kijkend of we nog een eland op of langs de weg zagen. Helaas niet.
Een eland kijkt ons onderzoekend aan

Støa kanaal

Zicht op de bomensluis in het Støa kanaalHier kwamen de bomen in terechtDe karretjes waarmee de bomen werden getransporteerdMet behulp van waterkracht werden de karretjes voortbewogen
Toen we de volgende dag wakker werden en nog in bed lagen hoorden we het buiten enorm hard regenen, een ware wolkbreuk. Van schrik zijn we niet opgestaan. Pas later, toen het wat droger leek, durfden we eindelijk uit bed te komen. Het weer was niet veel anders dan we inmiddels gewend zijn in Noorwegen. Veel regen, weinig regen en soms, tussen de buien door, was het even droog. Voor vandaag hadden we het Støa kanaal, niet ver van Østby vlakbij de Zweedse grens, en een elandpark in de buurt van Ljørdalen op het programma staan. Toen we na het ontbijt vertrokken richting het kanaal was het gelukkig droog, maar de lucht zag er in alle richtingen dreigend uit. Naar het Støa kanaal was het slechts zo'n 11 km rijden. Vanaf de parkeerplaats, waar één andere auto stond, ook een Nederlander, was het nog een klein stukje lopen naar het kanaal zelf. Daar kwamen we nog een Nederlands gezin tegen die met de fiets op vakantie waren in Zweden en Noorwegen. Het kanaal is nu niet meer in gebruik, maar werd vroeger gebruikt om boomstammen van Noorwegen naar Zweden te transporteren. Het hout werd gehakt in de bossen rond Ljørdalen en moest naar de houtzagerijen aan de rivier de Klarälven in Zweden. Daarvoor moest het naar het Flersjøenmeer. In eerste instantie ging dat met paarden over het land, maar dat was teveel werk en te duur. Toen is er besloten om een aantal kanalen te graven waarvan het Støa kanaal een onderdeel is. Om het hoogte verschil te overbruggen was een soort sluis nodig. Dit is de installatie die je bij het Støa kanaal nog steeds kan bekijken. De bouw van het hele systeem begon in 1855 en was gereed in 1858 en het is tot 1901 in gebruik geweest. In 1991 is de installatie in het Støa kanaal gerestaureerd. Het bestaat uit twee karretjes waarop de boomstammen werden getransporteerd en die met behulp van waterraderen werden aangedreven. We hebben de installatie bekeken en een korte wandeling in de buurt gemaakt. Na dit bezoek zijn we naar Ljørdalen gereden om het elandpark te bezoeken.
Zicht op de bomensluis in het Støa kanaal

Moose Adventure Park

Ingang van het elandpark in MörkretEén van de moeder elanden geniet van het zonnetjeHaar 2 jongen liggen niet ver bij haar vandaanDe vader eland blijft lui liggenDe ander moeder met haar ene jong komt aangesjoktDe moeder zoekt wat sappigs op de grondOok het jong zoekt nog wat eetbaars op de grond
Via een paar onverharde wegen zijn we naar Ljørdalen gereden, bij aankomst bij de Tourist Info in Ljørdalen was de auto helemaal bruin van de modder van de weg, hij zag er niet meer uit. Bij de Tourist Info bleek dat het elandpark helemaal niet bij Ljørdalen is, maar in het Fulufjället National Park bij de plaats Mörkret in Zweden, zo'n 60 km van Ljørdalen. Bij het benzinestation naast de Tourist Info hebben we wat gegeten en gedronken en toen zagen we in de folder van het park dat er om 14:30 een begeleide tour door het park was. Bij de Tourist Info kon men ons vertellen dat dat de enige mogelijkheid is om het park te zien, je kan er niet op eigen gelegenheid doorheen. Het was inmiddels 13:30 en hadden dus nog ongeveer een uur om er te komen. We zijn direct in de auto gestapt en Arjan heeft flink doorgereden en om 14:15 waren we bij het park, het was gelukkig nog steeds droog en onderweg begon er zowaar wat blauwe lucht zichtbaar te worden. Toen we bij het Moose Adventure elandpark aankwamen was het zowaar warm en zonnig! Achter de balie stond een Nederlander, een student bosbouw die er stage liep. We konden gelukkig met Noorse kronen betalen, Zweedse hadden we uiteraard niet, we kregen euros terug en gelukkig geen Zweeds kronen. Om 14:30 begon de rondleiding onder leiding van de Nederlander. Omdat het terrein behoorlijk modderig was konden we er laarzen lenen, erg handig! Als eerste zagen we een moeder eland met twee jongen die in mei zijn geboren. Daarna gingen we verder het park in op zoek naar de vader en de andere moeder met jong. Die hadden we ook snel gevonden. De gids ging uit de beveiligde zone waar de elanden niet kunnen komen om te proberen de moeder met jong te bewegen om op te staan omdat ze overdag rusten en alleen 's ochtends en 's avonds actief zijn. Door ze wat berkenblaadjes voor te houden kwamen ze in beweging, de mannetjes eland bleef liggen en kwam niet overeind. We hebben heel wat foto's kunnen maken, dat ging een stuk beter dan tijdens de elandsafari van gisteravond. En behalve dat de elanden veel beter zichtbaar waren en het ook gemakkelijker was om ze te fotograferen dan tijdens de elandsafari, was het ook nog eens een heel stuk goedkoper dan de elandsafari. Verder ben je er hier 100% zeker van dat je ook echt elanden zal zien, tijdens zo'n safari moet je dat altijd maar weer afwachten. Maar tijdens zo'n safari zie je de dieren wel in het wild en dat maakt zo'n safari wel weer een stuk avontuurlijker. Na de wandeling van ongeveer een uur waren we weer bij de ingang waar we buiten op het terras wat hebben gedronken en Ciska nog even in de naastgelegen speeltuin heeft gespeeld. Vervolgens zijn we weer terug gereden naar Noorwegen, we waren nog maar net op weg of het begon weer te regenen. Gelukkig niet veel, het was snel weer droog. Uiteindelijk via een andere onverharde weg naar Trysil gereden om boodschappen te doen en vervolgens door naar Østby. Daar scheen inmiddels de zon zo fel dat Ciska tijdens het eten begon te zeuren dat de zonneschermen naar beneden moesten omdat de zon zo fel in haar ogen scheen. Hebben we eindelijk eens een keer zon, wil ze hem weer weg hebben!
Ingang van het elandpark in Mörkret

Trysil

Bij het ontbijt zagen we wat hertjes in de achtertuinEen wolkbreuk stort zijn inhoud uit in de vijver voor ons huis
Omdat we hadden besloten dat we zaterdag onderweg naar Drammen via Raufoss zouden gaan om daar het zwemparadijs te bezoeken, hadden we voor vrijdag weinig op het programma staan. Tijdens het ontbijt zagen we aan de bosrand vlak bij ons huisje opeens een ree staan, even later zagen we ook nog twee jongen. Dat was wel leuk om zo wat wild in de achtertuin te zien. Na het eten zijn we naar Trysil gereden om bij de Tourist Info de email te checken. Terwijl Arjan daar mee bezig was zijn Hilleke en Ciska het winkelcentrum van Trysil gaan verkennen. Na nog een rondje door Trysil te hebben gelopen zijn we terug gegaan naar ons huis. We hadden voor de middag ook nog het plan opgevat om bij Vestby op het meer te gaan kanovaren, maar dat hebben we niet gedaan en daar waren we achteraf blij om, want even later begon het enorm hard te regenen en zelfs te hagelen. We zijn ook begonnen om alvast de bagage bij elkaar te zoeken en in de auto te pakken zodat we morgen op tijd weg kunnen. 's Avonds zijn we gaan eten in een pannenkoeken restaurant in Plassen, op zo'n 100 meter van de grens met Zweden. Ze hadden er zelfs een Nederlands menukaart, wel zo handig voor Ciska, kon ze eindelijk zelf de kaart lezen.
Bij het ontbijt zagen we wat hertjes in de achtertuin

Van Østby via Raufoss naar Drammen

Het golfslagbad in het zwembad van RaufossCiska in de wildwater rivier in het Raufoss BadelandEn van de glijbaanOns hutje op de camping in Drammen
Na het ontbijt hebben we het huisje schoon gemaakt en de laatste spullen ingeladen en zijn we vertrokken naar Raufoss. Toen we in het huisje in Sulesund zaten lag daar een toeristen folder van Gjøvik en omstreken, daarin was ook een bladzijde gewijd aan het Raufoss Badeland, een subtropisch zwemparadijs in Raufoss. Ciska was er toen direct aan verslaafd en wilde daar een keer heen. Toen we hadden uitgezocht waar het was bleek dat het niet in de buurt van Sulesund was, maar dat Trysil nog het dichtste bij was, dus hebben we haar beloofd er in de laatste week een keer heen te gaan. Omdat het toch nog wel een eind is vanaf Østby hadden we besloten het te doen als we de laatste zaterdag naar Drammen zouden gaan om dan via Raufoss te rijden. Zo gezegd, zo gedaan. Om kwart voor twaalf waren we in Raufoss. Na het omkleden zijn we in het water gesprongen. Het zwembad heeft een golfslagbad, diverse bubbelbaden, een wildwater rivier en een paar grote glijbanen. We hebben ons er zo'n 4 uur uitstekend vermaakt. Ciska was in ieder geval helemaal tevreden en wilde uiteraard wel langer blijven, maar we moeten nog een eind rijden naar Drammen, vlakbij Oslo. Tijdens de 2,5 uur durende rit naar Drammen begon opeens de auto een vreemd geluid te maken. Bij een bocht naar links kwam er bij het rechter voorwiel een vreemd schrapend geluid vandaan. De ene keer erger dan de andere keer, afhankelijk van de snelheid. Tijdens een boodschappenstop in Vik heeft Arjan nog even onder de auto gekeken of hij iets vreemds kon ontdekken, maar er was niets te zien. De rest van de dag bleef er een vreemd geluid uit het vooronder komen, en we vreesden dat we nog op zoek moesten naar een garage om er naar te laten kijken. We kwamen om ongeveer 18:30 aan bij de camping. We hadden daar een cabin gereserveerd voor 3 nachten. Hij was niet zo groot en zag er ook al vrij oud uit. Maar hij heeft een koelkast met vriezer, kookplaat met oven en hij beschikt over borden en bestek.
Het golfslagbad in het zwembad van Raufoss

Drøbak

De havenvrouwen van Drøbak, 3 zeemeerminnen die de wacht houden bij de havenHouten huizen aan het marktplein in DrøbakDe kerstman zelf ligt vredig te slapen in zZeilboten op de Oslofjord
Zicht op de havenHet huis van de kerstmanDe kerk van DrøbakHilleke en Ciska willen in de fjord gaan duikenEnorm boegbeeld aan de muur van een huisCiska aait een zeester in het aquariumDe M/S Color Fantasy vaart door de Oslofjord naar Kiel
Zondag hebben we eerst uitgeslapen. Na het ontbijt zijn we vertrokken naar Drøbak een klein plaatsje zo'n 38 km ten zuiden van Oslo. De auto was overigens op onverklaarbare wijze z'n schurend geluid kwijt, tot gisteren op de camping bleef het vreemde geluid bij het nemen van bochten, maar nu was het opeens over, het was weer net zo onverwacht weg als het gekomen was. Bij Drøbak is de Oslofjord op z'n smalst. Hier is op 9 april 1940 de Duitse slagkruiser Blüchner door artillerievuur tot zinken gebracht. Door deze overwinning liep de Duitse aanval op Oslo vertraging op en kon de Noorse koning vluchten. In de zomer is Drøbak een toevluchtsoord voor rijke Noren en verder wonen er ook veel kunstenaars. In het plaatsje zijn dan ook veel galeries te vinden. Bij de Tourist Info hebben we een wandelroute door het plaatsje gehaald. Terwijl we daar mee bezig waren begon het te regenen. Vreemd weer toch weer vergeleken met gisteren toen we zulk schitterend zonnig weer hadden tijdens onze reis naar Drammen. In Drøbak is ook het huis van de Noorse kerstman vinden, maar binnen is het een kerstwinkel die het hele jaar open is, er is geen echte kerstman aanwezig zoals in Rovaniemi in Finland (zie ons Scandinavië reisverslag). We hebben er wel een versiering voor de kerstboom gekocht. Tijdens de rondwandeling door Drøbak kwamen we langs Badeparken, een soort strand langs de fjord waar tijdens zonnig weer kan worden gezwommen. Langs het water staan diverse duikplanken waar vanaf in de fjord kan worden gedoken. Nu was er echter geen enkele zwemmer te bespeuren. In een restaurant hebben we nog wat gedronken. We zagen daar de M/S Color Fantasy door de fjord varen, de grootste veerboot ter wereld waarmee wij dinsdag van Oslo naar Kiel zullen varen. Omdat het nog steeds regende hebben we vervolgens het aquarium bekeken, deze is gevestigd in hetzelfde gebouw als de Tourist Info. Er is een zelfbetaalkassa, maar Hilleke lukte het niet om daar met de creditcard te betalen. Na navraag bij de man in de Tourist Info konden we gratis naar binnen. In het aquarium zijn diverse aquaria met vissen en andere zeedieren die in de Oslofjord te vinden zijn. Voor kinderen is er ook een bak met vissen en andere zeedieren waar ze de dieren mogen aanraken. Na hier een klein uur te hebben rondgelopen zijn we terug gereden naar Drammen. We zijn langs het station gegaan omdat we morgen met de trein naar Oslo willen ipv met de auto. We hebben gekeken hoe laat de trein gaat en alvast kaartjes gekocht. Daarna terug naar de camping, het was inmiddels opgehouden met regenen.
De havenvrouwen van Drøbak, 3 zeemeerminnen die de wacht houden bij de haven

Oslo

Enorme tijger voor het centraal station van OsloHet stadhuis van Oslo met de fraaie houtsnijwerkenDe Norns gieten water op de Wereldboom YggdrasilDrie van de vier herten (Dåin, Dvalin, Dunøy en Duratro) grazen op YggdrasilHet gebouw van het FrammuseumHet dek van het schipVoor wat ontspanning tijdens de lange reis aan boord was ook gezorgdNogmaals het vlot Kon-TikiDe Het Oseberg schip in het museumHet Gokstad schipDe Akershus vesting
Zomaar een straat ergens in de stadNidhogg, een draakachtig beest knaagt aan de derde wortel van YggdrasilDe god Odin op het achtbenige paard SleipnirDrie Valkyries veranderen van zwaan in 3 mooie vrouwen, Alrund, Svankit en AlvitDe boeg van de FramDe kleine kombuis op het schipHet vlot Kon-Tiki van Thor Heyerdahl in het gelijknamige museumHet vlot Ra II waarmee hij van Marokko naar Barbados voerHet Vikingmuseum in OsloDe fraaie boeg van het Oseberg schipDe grafkamer die bij het Gokstad schip gevonden isNogmaals de Akershus vestingHet koninklijk paleis in OsloHet theater van de stadHet monumentale pand van het Hardrock Café
Maandagochtend zijn we vroeg opgestaan, we hadden gisteren al kaartjes voor de trein gekocht en de trein gaat om 8:51 vanaf het station in Drammen. Ruim op tijd vertrekken we van de camping, rekening houdend met een eventuele ochtendspits op de weg en het zoeken naar een parkeerplaats bij het station. Beide leverden geen problemen dus ruim op tijd stonden we op het perron te wachten. De trein was op tijd en na een rit van ruim een half uur kwamen we tegen half tien aan op het centraal station van Oslo, Oslo S geheten. Als eerste bij de Tourist Info langs bij het station voor wat info en de aanschaf van een 24-uurs Oslo pass waarmee je gratis met het openbaar vervoer kan en gratis alle musea in Oslo kan bezoeken en gratis kan parkeren. Na wat te hebben gedronken zijn we door de belangrijkste straat van de stad gelopen, de Karl Johans Gate. Aan het einde daarvan hebben we het stadhuis bekeken met aan de buitenkant de schitterende houtsnijwerken met afbeeldingen uit de Noorse mythologie. Vervolgens zijn we naar de haven gelopen om vandaar met de ferry over te steken naar Bygdøy. Bygdøy is een schiereiland in Oslo en het is een exclusieve woonwijk. Ook zijn er diverse musea te vinden en dat was waarom we erheen gingen. Als eerste hebben we het Fram museum bezocht. Dit museum is gewijd aan de diverse poolexpedities die door Noren zijn uitgevoerd en het museum is gebouwd om het poolschip Fram. Met dit schip zijn door Fridtjof Nansen, Otto Sverdrup en Roald Amundsen poolexpedities gedaan naar zowel de Noord- als de Zuidpool. Het schip is nog geheel in tact in het museum aanwezig en kan zowel van binnen als van buiten worden bekeken. Na het Fram museum zijn we naar het Kon Tiki museum gegaan dat er tegenover ligt. Dit museum is gewijd aan de diverse reizen van de Noor Thor Heyerdahl met oa het vlot Kon-Tiki waarmee hij in 1947 in 101 dagen van Peru naar Polynesië vaarde en daarmee aantoonde dat het goed mogelijk was dat mensen uit Zuid-Amerika in de prehistorie in staat waren om de Zuidzee te bereiken. Het vlot is ook te zien in het museum evenals de Ra II, het vlot van papyrus waarmee hij in 1970 in 57 dagen van Marokko naar Barbados zeilde. Na het bezoek aan dit interessante museum hebben we wat gegeten en gedronken waarbij Ciska de mussen heeft gevoerd zijn we naar het volgende, ook aan schepen gewijde museum gegaan, het Vikingschip museum. In dit museum zijn drie opgegraven viking schepen te zien tezamen met diverse voorwerpen die op of in de buurt van de schepen zijn gevonden. Toen we dit museum in gingen kwamen we er achter dat we de Oslo pass van Ciska kwijt waren, voor de toegang tot het Kon-Tiki museum hadden we het nog gebruikt, maar nu kon Hilleke het niet meer terug vinden. Desondanks mocht Ciska toch gratis het museum in. De drie schepen die er geheel of gedeeltelijk te zien zijn, zijn het Oseberg schip, het Gokstad schip en het Tune schip. De eerste, het Oseberg schip is gevonden in een grote grafheuvel in Vestvold en opgegraven in 1904. Het schip is omstreeks 815-820 n.Chr. gebouwd en gebruikt als zeilboot voordat het als grafschip is gebruikt voor een belangrijke vrouw. Het Gokstad schip is ook gevonden in een grafheuvel in Vestvold in 1880. Het schip is omstreeks 890 n.Chr. gebouwd en later gebruikt als grafschip voor een belangrijke leider die rond het jaar 900 is overleden. Deze beide schepen zijn uitstekend bewaard gebleven door de dikke laag klei waarmee ze waren bedekt. Het derde schip, het Tune schip, is minder goed bewaard gebleven. Het is in 1867 in een grote heuvel in Østfold gevonden. Het is waarschijnlijk rond 900 n.Chr. gebouwd en ook gebruikt als grafschip voor een belangrijke leider. Na dit museum zijn we terug gelopen naar de ferry om ons terug te laten varen naar de kade bij het stadhuis. Het weer was inmiddels goed verbeterd, het had nog wel niet geregend vandaag, maar mooi weer was het niet. Inmiddels was echter een mooi blauwe lucht te zien en genoten we van de zon tijdens de wandeling naar de ferrykade. Op de ferry moesten we echter ook de Oslo pass weer laten zien voor een gratis overtocht. Hilleke had het bonnetje nog van de Tourist Info waarop stond dat we er drie hadden gekocht, maar de dame die de kaartjes controleerde zag de kaart van Hilleke en vond dat voldoende. De volgende bestemming was de oude vesting van Oslo, het Akershus slot. Toen we er even voor 4 uur aankwamen, bleek dat het slot maar tot 4 uur geopend was en we konden er dan ook niet meer in. We hebben nog wel door de tuin en over de muur gewandeld, die zijn tot 9 uur 's avonds geopend. Misschien is er morgen nog tijd om het slot te bekijken voordat we naar de boot gaan die ons naar Kiel zal varen. Het slot ligt op een strategische plaats op een heuvel aan het einde van de Oslofjord. De bouw is door koning Håkon V in 1299 gestart. In de eeuwen daarna zijn er diverse verbeteringen en uitbreidingen aan het fort gedaan. Na wat rond het fort te hebben gewandeld en in het café iets te hebben gedronken zijn we naar het centrum van de stad terug gelopen. Volgens ons Oslo boekje was het Theatercafé een mooi restaurant om te bekijken. Het duurde even voor we het gevonden hadden, maar het zag er zo duur en luxe uit dat we niet naar binnen zijn gegaan. Toen we daar liepen kwamen we ook langs een ander treinstation waar de trein vanochtend ook was gestopt. We zijn er binnen gegaan om uit te zoeken of de trein waarmee we vanavond terug willen naar Drammen ook hier stopt, dat scheelt namelijk een eind lopen terug naar het centraal station. Vervolgens zijn we naar het Hardrock Café gegaan om wat te gaan eten. Dit is zo'n beetje een traditie geworden tijdens onze vakanties om een keer naar het Hardrock Café te gaan als er één is tenminste. We hebben er buiten op het terras heerlijk gegeten en genoten van het mooie weer en gekeken naar de passerende mensen. Na afloop kreeg Ciska nog een Hardrock Café ballon mee en zijn we bij een ijssalon in de buurt nog een ijsje gaan eten. Daarna zijn we terug gelopen naar het station. Daar bleek dat de Noorse Spoorwegen toch wel op onze NS lijken, onze trein had 15 minuten vertraging. Uiteindelijk waren we pas om 9:15 weer in Drammen waar de auto nog geduldig op ons stond te wachten. Via de markante tunnel met rotonde in de tunnel zijn we terug gereden naar de camping waar we alvast zijn begonnen het één en ander bij elkaar te zoeken en op te ruimen.
Enorme tijger voor het centraal station van Oslo

Terugreis

Zicht op Drammen vanaf de berg bij de Spiralen tunnelEen laatste blik op het Frammuseum vanaf het schipIdyllisch eilandje in de OslofjordZicht op het achterschip terwijl we Oslo achter ons laten
De afvaart van de M/S Color Fantasy vanaf de kade in OsloDe Fantasy Promenade op de M/S Color FantasyEen bandje speelt op het zonnedekBlik op Drøbak vanaf het schipDe Met druilerig weer komen we de volgende morgen aan in Kiel
Dinsdag wederom vroeg opgestaan en de spullen in de auto geladen en het hutje schoongemaakt. We hadden de ramen opengezet om het even te laten doorluchten. Terwijl Arjan de auto inpakte en Hilleke het huisje aan kant maakte was Ciska er door Hilleke op uit gestuurd om warm water te halen. Opeens kwam Ciska aangerend roepend dat haar ballon er van doorging. Door Hillekes schoonmaak handelingen had de ballon z'n kans schoon gezien en was door het openstaande raam zijn vrijheid tegemoet gezweefd. Hij was helaas al te hoog om hem nog te pakken. Met weemoed in het hart hebben we hem uitgezwaaid en hem een goede reis gewenst. Om een uur of half tien hebben we de camping verlaten en zijn we naar Oslo gereden. Onderweg zijn we in Drammen nog door de spiraal tunnel (Spiralen) gereden. Deze 1650 meter lange tunnel die als een kurkentrekker door de berg gaat brengt je in 6 loops van 50 naar 213 meter hoogte. Van bovenop de berg hadden we een fantastisch zicht over Drammen en omgeving, het weer was ons wederom gunstig gezind en we genoten van de zon en de warmte bovenop de berg. Na verloop van tijd zijn we weer door dezelfde spiraaltunnel naar beneden gereden om onze weg naar Oslo te vervolgen. We hadden geen tijd meer om nog naar het Akershus slot te gaan, dus hebben we de auto ergens in het centrum geparkeerd (gratis met de Oslo pass van gisteren) en zijn wat gaan lopen en zijn uiteindelijk bij het Hardrock Café koffie gaan drinken. Daar hebben we tevens een nieuwe ballon voor Ciska geregeld. Na de koffie zijn we naar de haven gereden om te gaan inchecken voor de overtocht naar Kiel. Het duurde even voor we konden inchecken en de boot oprijden, maar even later konden we de auto op dit enorme schip achterlaten en onze hut opzoeken. We hadden een 3 persoon binnenhut. Nadat we de spullen in onze hut hadden gelegd zijn we naar het zonnedek getogen om de afvaart mee te maken en een deel van de vaart door de Oslofjord. Om precies 2 uur vertrokken we. We hebben eten gehaald bij het restaurantje op het zonnedek en onderwijl speelde er ook nog een bandje. Nadat we langs Drøbak waren gevaren zijn we nog wat door het schip gelopen en hebben we onze zwemkleding opgehaald alvorens we ons zo'n 2 uur hebben vermaakt in het water van Aqualand met een soort mini wildwaterbaan en een grote glijbaan. Dit was ook iets waar Ciska al de hele vakantie naar had uitgekeken, zwemmen in het zwembad op de boot terug. Op het hele schip heb je overigens niet het idee dat je je op een boot bevindt, het heeft meer weg van een kleine stad met een overdekt winkelcentrum. De Fantasy Promenade is het centrum van het schip met een lengte van zo'n 160 meter en drie dekken hoog met winkels, restaurants en café's. Het hele schip heeft overigens wel een hoog 'Titanic' gehalte, met dit verschil dat wij de eindbestemming wel hebben gehaald. Nadat we uit het zwembad waren gegaan hebben we nog wat over de Fantasy Promenade gelopen en de winkels bekeken en vervolgens hebben we in de Tapasbar wat gegeten. Na nog wat te hebben gewinkeld hebben we Ciska in bed gestopt en hebben wij in de Cosmopolitan Bar nog wat cocktails gedronken alvorens wij ook onze bedden hebben opgezocht.

De volgende ochtend waren we om 7.30 op en hebben we in het Promenade Café ontbeten. Daarna hebben we de spullen ingepakt en hebben op het zonnedek de aankomst in Kiel bekeken tot het moment dat werd verzocht om naar de auto te gaan. Tegen 10 uur konden we van het schip rijden en al snel daarna waren we op weg voor de laatste 600 km van deze vakantie terug naar huis. Onderweg nog diverse stops gemaakt om te eten en te drinken en om 5 uur waren we weer thuis in Strijen. Het einde van een mooie maar regenachtige vakantie in Noorwegen, alhoewel de laatste 2 weken wat het weer betreft beter waren dan de eerste twee. In totaal hebben we deze vakantie in 31 dagen 7861 km gereden en hebben we nog nooit zoveel gevaren tijdens een vakantie.
Zicht op Drammen vanaf de berg bij de Spiralen tunnel